Hoofdstuk 8
De terugreis
VIII. Het lichaam als middel of doel
1. Je houding tegenover het lichaam is je houding tegenover aanval. Alle definities die het ego aan wat dan ook toekent zijn kinderachtig, en altijd gebaseerd op datgene waartoe het naar zijn mening dient. Dat komt doordat het niet tot werkelijke generalisaties in staat is, en wat het ziet gelijkstelt aan de functie die het eraan toeschrijft. Het stelt het niet gelijk aan wat het is. Voor het ego is het lichaam iets waarmee het kan aanvallen. En daar het jou gelijkstelt aan het lichaam leert het je dat jij iets bent waarmee het kan aanvallen. Het lichaam is dan ook niet de bron van zijn eigen gezondheid. De toestand van het lichaam schuilt louter in jouw interpretatie van zijn functie. Functies maken deel uit van de zijnstoestand aangezien ze eruit voortspruiten, maar de relatie is niet omkeerbaar. Het geheel definieert wel het deel, maar het deel definieert niet het geheel...
Zijn bepaalt functie, maar functie bepaalt niet het zijn. Met andere woorden: wat iets is bepaalt wat het doet; het gebruiken om iets te doen waarvoor het niet is bedoeld, verandert niet wat het is. De functie van een zaag is zagen. Als ik de zaag gebruik om te timmeren, wordt hij geen hamer. Hij is nog steeds een zaag, ongeacht hoe ik hem gebruik.
Hetzelfde geldt voor het gebruik van het lichaam. God schiep ons als Liefde, daarom zijn we Liefde, en is onze functie het uitbreiden van liefde. In de Hemel doen we dit door middel van scheppen, in de wereld door het lichaam alleen te gebruiken voor communicatie in de zin van gemeenschap. Het ego ziet het echter omgekeerd. In zijn zienswijze bepaalt de functie die hij aan ons lichaam toekent wie we zijn. Het heeft besloten dat de functie van het lichaam aanvallen is, en aangezien het gelooft dat we een lichaam zijn, is aanval dus wie we zijn.
Hoe willen we ons lichaam gebruiken: om liefde uit te breiden of om aan te vallen?
(Toelichtingen door Greg Mackie)
...Toch is ten dele kennen volledig kennen vanwege het fundamentele verschil tussen kennis en waarneming. In waarneming is het geheel opgebouwd uit delen die zich kunnen scheiden en zich in verschillende constellaties opnieuw kunnen samenvoegen. Kennis verandert echter nooit, zodat haar constellatie permanent is. Het idee van deel-geheel-relaties heeft alleen op het niveau van de waarneming, waar verandering mogelijk is, enige betekenis. Voor het overige is er geen verschil tussen het deel en het geheel.
Deze passage belicht het cruciale verschil tussen deel-geheel-relaties in de wereld en in de Hemel. In de wereld van waarneming wordt een aantal losse onderdelen samengevoegd tot een geheel. Alle onderdelen kunnen weer uit elkaar worden gehaald en tot een ander geheel worden samengevoegd. In de Hemel, waar alleen kennis is, bestaan geen losse onderdelen. Elk deel is het geheel. We kunnen dit vergelijken met een hologram, waarin elk deel het gehele beeld bevat. In de Hemel zijn deel en geheel dus hetzelfde, daarom hebben deel-geheel-relaties alleen betekenis op het niveau van waarneming, en is het deel kennen het geheel kennen.
(Toelichtingen door Greg Mackie)
2. Het lichaam bestaat in een wereld die twee stemmen lijkt te herbergen die elkaar het eigendom ervan betwisten. In deze vermeende constellatie wordt het lichaam in staat geacht zijn loyaliteit van de ene naar de andere te verschuiven, waarbij het zowel het begrip gezondheid als ziekte betekenis verleent. Het ego sticht, zoals steeds, een fundamentele verwarring tussen middel en doel. Door het lichaam als een doel te beschouwen, kan het ego er geen werkelijk gebruik van maken omdat het geen doel is. Het moet jou opgevallen zijn dat elk doel dat het ego als het zijne aanvaardt, een opmerkelijke eigenschap heeft: wanneer je het hebt bereikt schenkt het jou geen voldoening. En dat is de reden waarom het ego zich gedwongen ziet onafgebroken van doel te wisselen, zodat jij blijft hopen dat het jou toch iets bieden kan.
In deze wereld lijkt het ego op onze ene schouder te zitten, en de Heilige Geest op de andere. Naar het ego luisteren maakt ons ziek, terwijl luisteren naar de Heilige Geest ons geneest. Dat zien we echter niet, omdat het ego ons heeft verleid om het lichaam als een doel op zich te beschouwen. Daardoor blijft de interpretatie van de Heilige Geest, die het lichaam ziet als een communicatiemiddel om het doel van verlossing te dienen, verborgen. Het bewijs dat het lichaam geen doel op zichzelf is, is het feit dat we geen blijvende of volledige voldoening ervaren wanneer we een op het lichaam gericht doel hebben bereikt. Als het lichaam werkelijk een doel zou zijn, zou het bereiken van dat doel ons wél die voldoening schenken.
Het ego wil niet dat we ons hiervan bewust worden, daarom verandert het zijn doelen steeds. Het zegt bijvoorbeeld: 'Misschien geeft deze auto je geen voldoening, maar dat andere merk vast wel'. Als we naar het ego luisteren lijken we op een dwangmatige gokker. We hebben ons huis verspeeld, onze partner en kinderen hebben ons verlaten, onze auto is in beslag genomen, en de incassobureaus staan voor de deur, maar we zijn er zeker van dat het volgende lot of bezoek aan het casino ons de jackpot op zal leveren die het allemaal waard maakt.
Toepassing : Denk aan de ego-georiënteerde doelen die je hebt bereikt, en vraag jezelf zo eerlijk mogelijk af: Heeft dit mij blijvende en volledige voldoening gegeven? Ook al was het aanvankelijk bevredigend, gaf het mij werkelijk en blijvend geluk, zodat ik daarna niets meer nodig had? Als dat niet zo is, kan ik dan redelijkerwijs verwachten dat de ego-georiënteerde dingen die ik nu nastreef me blijvende voldoening en geluk zullen schenken?
(Toelichtingen door Greg Mackie)
3. Het was bijzonder moeilijk om het geloof van het ego in het lichaam als doel te overwinnen, omdat dit synoniem is met het geloof in aanval als doel. Het ego heeft grondig in ziekte geïnvesteerd. Hoe kun je immers, als je ziek bent, de vaste overtuiging van het ego weerspreken dat je niet onkwetsbaar bent? Vanuit het standpunt van het ego is dit een aantrekkelijk argument, omdat het de onmiskenbare aanval verdoezelt die aan de ziekte ten grondslag ligt. Als jij dat inzag en bovendien afzag van alle aanval, zou je niet die valse getuigenis voor de stelling van het ego kunnen afleggen.
Laten we eerlijk zijn: We zien het lichaam allemaal als een doel op zich. Wat we ook over onszelf geloven, de manier waarop we leven laat zien dat we in werkelijkheid geloven dat het verwerven van bepaalde dingen van de wereld de weg naar geluk is. Waarom is het zo moeilijk om dit geloof op te geven? Hier wordt gezegd dat het antwoord ziekte is. Ziekte is het belangrijkste wapen van het ego, omdat ziekte het overduidelijke bewijs levert dat we een broos, kwetsbaar lichaam zijn, en dat het lichaam dus werkelijk is. Dit is echter een valse getuigenis. De waarheid is dat ziekte geen bewijs is van kwetsbaarheid, maar het illusoire gevolg van aanval — de aanval op onszelf, door te geloven dat we níét de onkwetsbare Zoon van God zijn.
(Toelichtingen door Greg Mackie)
4. Het is moeilijk ziekte als een valse getuige te zien, omdat je niet beseft dat haar getuigenis volstrekt niet strookt met wat jij wilt. Deze getuige schijnt dan ook alleen maar onschuldig en betrouwbaar omdat je hem niet aan een ernstig kruisverhoor hebt onderworpen. Had je dat wel gedaan, dan zou jij ziekte niet als zo’n sterke getuige voor de standpunten van het ego beschouwen. Het zou eerlijker zijn te zeggen dat zij die het ego willen, geneigd zijn het te verdedigen. Hun keuze van getuigen zou dan ook van meet af aan argwaan moeten wekken. Het ego roept geen getuigen op die het met zijn zaak oneens zijn; evenmin doet de Heilige Geest dat. Ik heb gezegd dat het vellen van een oordeel de functie is van de Heilige Geest, ter vervulling waarvan Hij volmaakt is toegerust. Het ego als rechter velt een allesbehalve onpartijdig oordeel. Wanneer het ego een getuige oproept, heeft het die al tot bondgenoot gemaakt.
Het ego voert een schertsvertoning op; het heeft een schijnproces aangespannen waarvan het vonnis al van tevoren vaststaat. Want hoe kan een proces eerlijk verlopen als het ego zowel verdachte als rechter is? En door onze identificatie met het ego spelen we dit spelletje mee.
Om de eerste zin te herformuleren: de reden dat we ziekte niet als een valse getuige zien, is omdat we ziekte willen. En we willen ziekte, omdat we het ego willen. Daarom verdedigen we het. Zoals elke goede advocaat kiezen we getuigen die de zaak van onze cliënt steunen, en we coachen hen zorgvuldig zodat ze betrouwbaar klinken, zelfs als ze liegen dat ze zwart zien. We leggen dit 'bewijs' voor aan de egorechter en — verrassing! — deze beslist in het voordeel van de beklaagde.
Als we een eerlijk proces willen, moeten we rechtszaal overdragen aan de Heilige Geest. Op Zijn advies zullen we ziekte aan een streng kruisverhoor onderwerpen, waardoor alle leugens aan het licht komen. We zullen getuigen oproepen die Zijn zaak steunen, en die de waarheid spreken omdat Zijn zaak waar is. We zullen Hem ook de rechter laten zijn, een rechter wiens oordeel de waarheid dient, omdat Hij de waarheid kent.
(Toelichtingen door Greg Mackie)
5. Het is nog altijd waar dat het lichaam van zichzelf geen functie heeft, omdat het geen doel is. Het ego maakt er echter een doel van, omdat op die manier de ware functie ervan wordt verdoezeld. Dat is de bedoeling van alles wat het ego doet. Zijn enige oogmerk is de functie van alles uit het oog te verliezen. Een ziek lichaam is volkomen onzinnig. Het kan ook niet zinnig zijn, omdat ziekte niet hetgeen is waartoe het lichaam dient. Ziekte heeft alleen betekenis als de twee basisuitgangspunten waarop de interpretatie van het lichaam door het ego berust, waar zijn: dat het lichaam dient om aan te vallen, en dat jij een lichaam bent. Zonder deze uitgangspunten is ziekte ondenkbaar.
In dienst van de Heilige Geest is het lichaam een communicatiemiddel, een instrument om de Liefde van God uit te breiden naar onze broeders. In dienst van het ego is het lichaam een doel op zichzelf, waardoor zijn ware functie voor ons verloren gaat. We kunnen niet tegelijkertijd onze broeders gebruiken om onze lichamelijke behoeften te vervullen en hen onbaatzuchtige liefde schenken. Door ons blind te maken voor de ware functie van het lichaam houdt het ego zichzelf in stand. Ziekte is het ultieme middel om dit egodoel te bereiken, omdat ze gebaseerd is op de twee basisuitgangspunten van het ego: dat we een lichaam zijn, en dat het lichaam dient om aan te vallen. Aanval is het tegenovergestelde van communicatie. Zolang we het spel van het ego spelen en dus geloven dat we een lichaam zijn, zullen we niet zien dat juist dit geloof de ziekte is en dat alleen de denkgeest die dit gelooft genezing nodig heeft.
(Toelichtingen door Greg Mackie)
6. Ziekte is een manier om te demonstreren dat jij kunt worden gekwetst. Ze getuigt van je broosheid, je kwetsbaarheid en je uiterst grote behoefte om je op leiding van buitenaf te verlaten. Het ego gebruikt dit als zijn beste argument dat jij zijn leiding behoeft. Het schrijft eindeloze recepten voor die een noodlottige afloop moeten helpen vermijden. De Heilige Geest, die zich dezelfde situatie volmaakt bewust is, doet geen enkele moeite die te analyseren. Als de gegevens zinloos zijn, heeft een analyse geen zin. De functie van de waarheid is informatie te vergaren die waar is. Alle manieren waarop je een vergissing aanpakt leiden tot niets. Hoe ingewikkelder de resultaten worden, des te moeilijker het misschien is in te zien dat ze niets te betekenen hebben, maar het is niet nodig om alle mogelijke gevolgen te onderzoeken waartoe de uitgangspunten leiden om ze naar waarheid te kunnen schatten.
De eerste twee zinnen van deze alinea weerspiegelen de verklaring van de derde alinea: ziekte demonstreert dat we niet onkwetsbaar zijn. Dit is waar ziekte van getuigt in het gerechtshof van het ego. Als je kwetsbaar bent, heb je mijn leiding nodig om je te beschermen, zegt het ego. Dus 'schrijft het eindeloze recepten voor' — zowel medische als algemene — om 'een noodlottige afloop' te vermijden.
De Heilige Geest, die de waarheid kent en weet dat ziekte een valse getuige is, ontkent deze ego-logica volledig. Het 'bewijs' van kwetsbaarheid dat door ziekte wordt geleverd is volkomen zinloos, vergelijkbaar met de nietszeggende uitkomst die je krijgt als je probeert de lengte van iets te meten door het op een weegschaal te leggen. Je hoeft niet meerdere metingen te doen met verschillende voorwerpen om je theorie te testen dat een weegschaal lengte kan meten — elke meting zal laten zien dat het idee zelf pure onzin is. Dit is hoe de Heilige Geest naar ziekte kijkt.
(Toelichtingen door Greg Mackie)
7. Een leermiddel is geen leraar. Het kan jou niet zeggen hoe jij je voelt. Jij weet niet hoe jij je voelt, omdat je de verwarring van het ego hebt overgenomen, en daarom geloof je dat een leermiddel je wel zeggen kan hoe jij je voelt. Ziekte is slechts het zoveelste voorbeeld van de vasthoudendheid waarmee jij om de leiding vraagt van een leraar die het antwoord niet weet. Het ego is niet in staat te weten hoe jij je voelt. Toen ik zei dat het ego helemaal niets weet, heb ik het enige over het ego gezegd dat volkomen waar is. Maar hieruit volgt logischerwijze: als alleen kennis een zijnstoestand is en het ego geen kennis heeft, dan is het ego geen zijnstoestand.
Het lichaam kan jou niet zeggen hoe jij je voelt — wat een opmerkelijke verklaring! Wij zijn ervan overtuigd dat het lichaam ons wel degelijk laat weten wat we voelen. Als ons lichaam zich ziek voelt, zeggen we: 'ik ben ziek'. Maar aangezien het lichaam slechts een leermiddel is, is geloven dat het ons kan zeggen hoe we ons voelen hetzelfde als geloven dat de overheadprojector in de klas de leerlingen kan onderwijzen. Het ego kan ons niet vertellen wat ons lichaam voelt, omdat noch het ego, noch het lichaam werkelijk zijn. De schijnbare ziekte van het lichaam is niets anders dan de projectie van de 'ziekte' in de denkgeest die het ego als zijn leraar heeft gekozen. In werkelijkheid voelen we ons altijd vreugdevol, omdat dat onze ware zijnstoestand is. Om dit te erkennen, moeten we toegeven dat we niet weten hoe we ons werkelijk voelen, en bereid zijn ons van het niet-weten van het ego naar de kennis van onze werkelijkheid te laten leiden.
(Toelichtingen door Greg Mackie)
8. Je zou met recht kunnen vragen hoe de stem van iets wat niet bestaat zo vasthoudend kan zijn. Heb je al eens gedacht aan de vervormende kracht van iets wat je verlangt, ook al is het geen werkelijkheid? Er zijn veel voorbeelden van hoe de waarneming vervormd wordt door wat jij verlangt. Niemand kan de vaardigheid van het ego om valse argumentaties op te bouwen in twijfel trekken. Evenmin kan iemand jouw bereidwilligheid om te luisteren in twijfel trekken, wanneer je eenmaal ervoor kiest niets anders dan de waarheid aan te nemen. Wanneer jij het ego terzijde legt, is het verdwenen. De Stem van de Heilige Geest is even sterk als jouw bereidwilligheid tot luisteren. Ze kan niet sterker zijn zonder jouw keuzevrijheid te schenden, die de Heilige Geest juist probeert te herstellen en nooit tracht te ondermijnen.
Waarschijnlijk heeft elke Cursusstudent zich wel eens afgevraagd: Als het ego een illusie is, waarom is het dan zo verdraaid moeilijk om er vanaf te komen? Het simpele antwoord is: omdat we er niet vanaf willen. En als we iets maar graag genoeg willen, zullen we een manier vinden om het te krijgen, zelfs als het pure fantasie is. We willen onze individualiteit en speciaatheid zo graag in stand houden, dat we blind zijn voor de onwerkelijkheid van het ego. Daarom is het zo moeilijk om de Stem van de Heilige Geest te horen. We willen het ego liever dan Hem en Hij dringt zich niet tegen onze wil aan ons op. Alleen wanneer we uiteindelijk besluiten dat we niets anders meer willen dan de waarheid, zullen we het ego in vrede laten gaan.
(Toelichtingen door Greg Mackie)
9. De Heilige Geest leert jou je lichaam alleen te gebruiken om jouw broeders te bereiken, zodat Hij Zijn boodschap via jou onderwijzen kan. Dit zal hen en daarom jou genezen. Alles wat gebruikt wordt in overeenstemming met zijn functie zoals de Heilige Geest die ziet, kan niet ziek zijn. Alles wat anders wordt gebruikt wel. Laat het lichaam niet de spiegel zijn van een gespleten denkgeest. Laat het geen beeld zijn van jouw eigen opvatting van kleinheid. Laat het geen weerspiegeling zijn van jouw besluit om aan te vallen. Gezondheid wordt gezien als de natuurlijke staat waarin alles verkeert, wanneer de interpretatie wordt overgelaten aan de Heilige Geest, die geen aanval op wat dan ook waarneemt. Gezondheid is het gevolg van het loslaten van alle pogingen om het lichaam liefdeloos te gebruiken. Gezondheid is het begin van de juiste visie op het leven onder leiding van die ene Leraar die weet wat het leven is, omdat Hij de Stem van het Leven Zelf is.
'Gezondheid is het gevolg van het loslaten van alle pogingen om het lichaam liefdeloos te gebruiken'. Ik heb dit altijd een prachtige zin gevonden. Als we naar het ego luisteren, denken we dat het lichaam een doel op zichzelf is, en dat gezondheid het resultaat is van 'aanval ter verdediging', zoals het aanvallen van mensen die ons lijken te bedreigen. Gezondheid is echter alleen het gevolg van het opgeven van 'het besluit om aan te vallen' en het lichaam te zien zoals de Heilige Geest het ziet: als een middel om Zijn boodschap van liefde te communiceren met onze broeders. Ware gezondheid — dat wil zeggen: de gezondheid van de denkgeest — is niet het resultaat van het juiste dieet en oefeningen en pillen, maar van het uitbreiden van ware waarneming naar onze broeders.
Toepassing : Denk aan iemand die je kortgeleden op de een of andere manier hebt aangevallen — door een daadwerkelijke fysieke aanval, of door harde woorden of een ijzige blik, of door kwaad over hem/haar te spreken, of hem/haar te kleineren of te negeren, enzovoort.
Zeg dan in gedachten tegen hem of haar:
Door jou aan te vallen heb ik mijn lichaam liefdeloos gebruikt.
Heilige Geest, help me om mijn lichaam nu te gebruiken om [naam] te bereiken, zodat ik Uw boodschap van liefde aan hem/haar door kan geven.
Dit zal [naam] genezen en daarmee mijzelf.
Mocht je deze persoon nog een keer ontmoeten, probeer deze woorden dan in stilte nogmaals tegen hem/haar uit te spreken.
(Toelichtingen door Greg Mackie)