Hoofdstuk 6

De lessen van de Liefde

C. Wees alleen waakzaam voor God en Zijn Koninkrijk

 

1. We hebben eerder al gezegd dat de Heilige Geest afweegt, en wel moet afwegen. Hij schift het ware van het onware in je denkgeest, en Hij leert je iedere gedachte die je daarin toelaat te beoordelen in het licht van wat God er heeft geplaatst. Wat overeenstemt met dit licht behoudt Hij, om het Koninkrijk in jou te versterken.  Wat er gedeeltelijk mee overeenstemt neemt Hij aan en zuivert Hij. Maar wat er totaal niet mee overeenstemt, verwerpt Hij door ertegen te oordelen. Zo zorgt Hij ervoor dat het Koninkrijk volmaakt consistent en een volmaakte eenheid blijft. Bedenk echter goed dat het ego aanvaardt wat de Heilige Geest verwerpt. Dat komt doordat ze het over alles fundamenteel oneens zijn, omdat ze het fundamenteel oneens zijn over wat jij bent. De opvattingen van het ego over deze cruciale kwestie wisselen, en dat is de reden dat het wisselende stemmingen stimuleert. De Heilige Geest wisselt hieromtrent nooit, en daarom is de enige stemming die Hij opwekt vreugde. Hij beschermt die door alles te verwerpen wat geen vreugde wekt, en dus is Hij de enige die ervoor zorgen kan dat jij een en al vreugde blijft.

 

Deze alinea gebruikt woorden zoals 'afwegen', 'beoordelen', 'verwerpen', en zelfs 'ertegen oordelen'. Ze worden hier echter positief gebruikt, wat een cruciaal verschil betekent in de omgang met onze eigen gedachten en die van anderen. Terwijl we niet moeten oordelen over de gedachten van anderen, moeten we dat wel doen over die van onszelf. Oordelen verwijst niet in de eerste plaats naar veroordeling, maar naar het afmeten van iets aan een norm, en dit aan de hand daarvan aanvaarden of verwerpen. We moeten kritisch zijn ten opzichte van de gedachten die we in onze denkgeest toelaten, en ze afmeten aan de norm van juist gericht denken. De Heilige Geest doet dit al, grotendeels buiten ons bewustzijn. Hij beoordeelt elke gedachte in het licht van wat God in onze denkgeest heeft geplaatst. Een gedachte die daarmee overeenstemt aanvaardt Hij; een gedachte die er gedeeltelijk mee overeenstemt zuivert Hij; een gedachte die er totaal niet mee overeenstemt verwerpt Hij. De bedoeling is dat wij ons in dit proces bij Hem aansluiten, zoals onder andere les 151 ons leert.

Het ego voert zijn eigen versie van ditzelfde proces uit. Zijn normen zijn het tegenovergestelde van die van de Heilige Geest. Ons probleem is dat we ons bij het ego hebben aangesloten als beoordelaar van onze gedachten, in plaats van bij de Heilige Geest. Dit is een grote vergissing, want het ego koestert vele verschillende opvattingen over wie we zijn, en niet een daarvan maakt ons gelukkig. De Heilige Geest ziet ons daarentegen altijd hetzelfde, en dat is een beeld dat tot 'een en al vreugde' leidt. 

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

2. De Heilige Geest leert jou niet om over anderen te oordelen, omdat Hij niet wil dat jij vergissingen onderwijst en ze zelf leert. Hij zou allerminst consistent zijn als Hij zou toelaten dat jij versterkt wat je juist moet leren vermijden. In de denkgeest van de denker heeft Hij dan ook een oordelende functie, maar alleen om de denkgeest één te maken zodat die zonder oordelen kan waarnemen. Dit stelt de denkgeest in staat om zonder oordelen te onderwijzen, en zodoende te leren zonder oordelen te zijn. Het ongedaan maken is alleen nodig in je denkgeest, zodat je niet in plaats van uit te breiden, projecteert. God Zelf heeft vastgesteld wat jij in alle veiligheid kunt uitbreiden. De derde les van de Heilige Geest luidt dan ook:

 

Wees alleen waakzaam voor God en Zijn Koninkrijk.

 

Misschien vinden we het vreemd dat ons gevraagd wordt om kritisch te zijn over onze eigen gedachten, maar niet over de gedachten van anderen. Dit is echter de enige manier om anderen niet te veroordelen. Als we onze eigen gedachten niet met een kritische blik bekijken, zullen we voortdurend oordelende gedachten over anderen hebben.

De enige manier om dit te voorkomen is dus onze eigen gedachten te bewaken. Alleen dan zullen we geen oordeel op anderen projecteren.

Deze derde en laatste les van de Heilige Geest gaat dus over het bewaken van onze denkgeest. Het is een oproep tot mentale waakzaamheid; een oproep om alleen juist gerichte gedachten in onze denkgeest toe te laten.

 

Toepassing : Denk aan iemand wiens gedachten je hebt veroordeeld, en zeg in jezelf tegen hem of haar:

Het is niet aan mij om jouw gedachten te beoordelen.

Mijn taak is alleen dit te doen met mijn eigen gedachten.

Mijn enige bekommernis moet zijn: Is er liefde in mijn denkgeest? 

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

3. Dit is een grote stap naar een fundamentele verandering. Toch heeft deze stap nog altijd het aspect van een omkeer van denken, aangezien hij impliceert dat er iets is waartegen je waakzaam dient te zijn. Hij heeft de eerste les, die slechts het begin van de omkeer van denken is, ver achter zich gelaten, alsook de tweede, die voornamelijk het vaststellen is van wat wenselijker is. Deze stap, die uit de tweede volgt zoals de tweede uit de eerste, legt de nadruk op de tweedeling tussen wat gewenst en wat ongewenst is. Daardoor maakt hij de uiteindelijke keuze onontkoombaar.

 

Deze alinea schetst het verloop van onze spirituele reis. Ze begint met de omkeer van ons denken, het verlaten van ons oude denksysteem. Het gaat dus om iets wat we achter ons moeten laten. De volgende stap benadrukt het wenselijke, iets waar we naar toe gaan. Maar ook deze stap gaat nog over iets wat we achter ons moeten laten, namelijk het onwenselijke. De derde stap bevat het wenselijke, maar ook nog een aspect van omkeer: het uitsluiten van de laatste restjes van het onwenselijke. De focus ligt echter op: 'Doe alleen dit!' (T6.V.3:4). 

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

4. Terwijl de eerste stap het conflict lijkt te vergroten en de tweede stap nog steeds in zekere mate met conflict gepaard kan gaan, vraagt deze stap om consistente waakzaamheid daartegen. Ik heb je al gezegd dat jij even waakzaam kunt zijn tegen het ego als ervoor. Deze les leert niet alleen dat je dat kunt zijn, maar ook dat je dat moet zijn. Ze houdt zich niet bezig met een rangorde naar moeilijkheid, maar met een uitgesproken voorrang voor waakzaamheid. Deze les is in die zin ondubbelzinnig dat ze leert dat er geen uitzonderingen mogen zijn, hoewel ze niet ontkent dat de verleiding om uitzonderingen te maken zich zal aandienen. Hier wordt dus, ondanks de chaos, een beroep gedaan op jouw consistentie. Maar chaos en consistentie kunnen niet lang naast elkaar bestaan, aangezien ze onverenigbaar zijn. Zolang je echter ergens waakzaam tegen moet zijn, zie je die onverenigbaarheid niet en geloof je nog steeds dat jij uit beide kunt kiezen. Door je te leren wat je kiezen moet zal de Heilige Geest je uiteindelijk leren dat je helemaal niet hoeft te kiezen. Dit zal jouw denkgeest tenslotte van elke keuze bevrijden, en hem leiden naar scheppen binnen het Koninkrijk.

 

Bij de derde stap raken we uit het conflict tussen twee tegenstrijdige denksystemen. Het gaat niet meer om het besef dat het ene wenselijker is dan het andere, maar om het besef dat het ene volledig wenselijk is en het andere volledig onwenselijk. Het doel is om even waakzaak te zijn tegen het ego, als we er eerst waakzaam voor waren. Dit betekent dat we ervoor kiezen standvastig te zijn in het uitsluitend toelaten van licht in onze denkgeest, ook als duisternis op ons raam klopt en op onze deur bonst. Wanneer we daar consistent in zijn, zal de chaos uiteindelijk verdwijnen.

In deze fase koesteren we nog steeds de illusie dat de keuze tussen de beide denksystemen aan ons is, maar we zijn tenminste niet meer bezorgd over hoe moeilijk het is. Want hoe kan de keuze tussen het volledig wenselijke en het volledig onwenselijke moeilijk zijn?

Dit betekent dat we slechts één stap verwijderd zijn van het inzicht dat deze 'keuze' helemaal geen keuze is. We zijn op weg om bevrijd te worden van de keuze zelf. We zijn dicht bij de volledige eenwording van onze denkgeest. 

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

5. Wanneer je door middel van de Heilige Geest kiest zal dit jou tot het Koninkrijk leiden. Je schept door middel van jouw ware wezen, maar wat jij bent moet jij je leren herinneren. De manier om je dit te herinneren is onlosmakelijk verbonden met de derde stap, die de lessen samenbrengt die in de andere twee liggen besloten, en daarbovenuit naar werkelijke integratie voert. Als jij jezelf toestaat alleen dat in je denkgeest te hebben wat God er heeft geplaatst, erken je dat je denkgeest is zoals God hem heeft geschapen. Dus aanvaard jij hem zoals hij is. Aangezien hij heel is, onderwijs je vrede doordat je erin gelooft. De laatste stap zal God nog altijd voor jou zetten, maar door de derde stap heeft de Heilige Geest jou klaargemaakt voor God. Hij is bezig jou voor te bereiden op de omzetting van hebben in zijn, alleen al door de aard van de stappen die jij met Hem dient te zetten.

 

Hier zien we waar de drie stappen ons naar toe leiden: naar de laatste stap, waarmee God ons terugplaatst in kennis. Dat is de fundamentele verandering waarover Jezus spreekt. We zien hier ook hoe de drie stappen ons daar naar toe leiden. We begonnen met de gedachten van het ego en eindigen met die van God. De staat van zuiverheid die daar het gevolg van is, en waarin onze denkgeest alleen bevat wat God er heeft geplaatst, is de erkenning van onze denkgeest zoals hij werkelijk is. Deze staat van heelheid, waarin onze denkgeest niet langer een oorlogsgebied is tussen twee denksystemen, is een weerspiegeling van de vrede van onze ware natuur. Met andere woorden: de drie stappen leiden ons naar een staat die ons ware Zelf weerspiegelt en zeer dicht benadert. We zijn nu klaar om ons dit ware Zelf te herinneren. En dat is wat er gebeurt bij de laatste stap, die door God wordt gezet.

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

6. Eerst leer je dat hebben op geven berust, en niet op krijgen. Vervolgens leer je dat je leert wat je onderwijst, en dat jij vrede wilt leren. Dit is de conditie om je met het Koninkrijk te vereenzelvigen, omdat dit de conditie van het Koninkrijk is. Je geloofde dat jij zonder het Koninkrijk was en je hebt jezelf zodoende in je geloof ervan uitgesloten. Daarom is het van wezenlijk belang jou te leren dat je erin opgenomen moet zijn, en dat de overtuiging dat je dat niet bent het enige is wat jij moet uitsluiten.

 

Jezus blijft ons opmerkzaam maken op het complete traject van de reis, dat besloten ligt in de drie stappen. De eerste stap is leren dat hebben het gevolg is van geven, niet van krijgen. Dit veroorzaakt een conflict tussen de impuls om te geven en de drang om te krijgen. Daarom leren we in de tweede les dat we bevrijd willen worden uit dit conflict. We willen vrede, en de manier om vrede te hebben is door haar aan iedereen te onderwijzen. Dat betekent dat we in onze interacties met anderen uitsluitend één denksysteem onderwijzen het denksysteem van de Heilige Geest. Door vrede te onderwijzen leren we dat we vrede hebben, en aangezien vrede de conditie is van het Koninkrijk, leren we dat het Koninkrijk hebben. Toch zijn er nog restanten in ons van het geloof dat we daarvan uitgesloten zijn. Daarom ligt de focus bij de derde stap op het verwijderen van deze restanten uit onze denkgeest.

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

7. De derde stap is er dus een om je denkgeest te beschermen, een die jou toelaat je louter met het middelpunt te vereenzelvigen, waar God het altaar voor Hemzelf heeft geplaatst. Een altaar is een geloof, maar God en Zijn scheppingen zijn boven alle geloof verheven omdat ze boven alle vragen verheven zijn. De Stem namens God spreekt alleen ten behoeve van het geloof dat boven alle vragen verheven is, wat de voorbereiding vormt voor het zonder vragen zijn. Zolang het geloof in God en Zijn Koninkrijk door enige twijfel in je denkgeest wordt belaagd, zijn Zijn volmaakte werken niet duidelijk voor jou. Om die reden moet jij waakzaam zijn ten gunste van God. Het ego spreekt ten nadele van Zijn schepping, en wekt daarom twijfels op. Je kunt je niet boven geloof verheffen voordat jij ten volle gelooft.

 

Bij de derde stap identificeren ons alleen met gedachten van het Koninkrijk, en zijn we waakzaam tegen het binnenlaten van alle andere gedachten. Les 236 zegt het treffend: 'Vader, mijn denkgeest is open voor Uw gedachten, en gesloten vandaag voor elke andere gedachte dan die van U'. Bij eerdere stappen werd onze denkgeest regelmatig door twijfel overvallen, maar nu is het absoluut noodzakelijk om geen enkele twijfel toe te staan onze denkgeest binnen te komen. We moeten een punt bereiken waarop we geloven zonder twijfels en vragen. Alleen dan kunnen we ons 'boven geloof verheffen'. Alleen dan kunnen we terugkeren naar 'het zonder vragen zijn'.

De test of we dit punt hebben bereikt is het vermogen om dit naar anderen uit te breiden. De test of we werkelijk elke les hebben begrepen is het vermogen tot overdracht: Kan ik, wat ik heb geleerd, consistent toepassen bij iedereen en in alle situaties en omstandigheden? Als we dat kunnen, hebben we onze lessen inderdaad geleerd.

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

8. Wanneer je het hele Zoonschap zonder uitzondering onderwijst, demonstreert dit dat je zijn heelheid waarneemt en geleerd hebt dat het één is. Nu dien je er waakzaam voor te zijn dat je zijn eenheid in gedachten houdt, want als je twijfel laat binnendringen, zul je het besef van zijn heelheid kwijtraken en niet in staat zijn die te onderwijzen. De heelheid van het Koninkrijk hangt niet van jouw waarneming af, maar jouw bewustzijn van zijn heelheid wel. Het is alleen jouw bewustzijn dat bescherming nodig heeft, aangezien het zijn niet kan worden belaagd. Maar een werkelijk zijnsbesef kun je niet hebben zolang je twijfels hebt over wat jij bent.  Daarom is waakzaamheid van het grootste belang. Twijfels over het zijn mogen niet je denkgeest binnensluipen, anders kun je niet met zekerheid weten wat jij bent. De zekerheid voor jou komt van God.  Waakzaamheid voor de waarheid is onnodig, maar is beslist nodig tegen illusies.

 

Uitbreiding is dus de test voor wat we geleerd hebben. Wanneer we vrede uitbreiden naar het gehele Zoonschap, zonder enige uitzondering, bewijst dit dat we geleerd hebben wat het Zoonschap is. Het demonstreert dat we geleerd hebben dat het één is, in plaats van een verzameling ongelijksoortige fragmenten. Als we dit punt bereikt hebben, moet onze focus liggen op het uitsluiten van elke twijfel over deze eenheid. Ons doel is tenslotte de terugkeer naar zijn, en zijn is ondubbelzinnig en absoluut zeker. Zijn is. Zijn wat is, en betwijfelen wat is, sluiten elkaar wederzijds uit. In de staat van zijn is twijfel dus onmogelijk. Zolang er nog een spoortje twijfel in onze denkgeest is, kunnen we niet terugkeren naar zijn. 

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

9. De waarheid is zonder illusies en bevindt zich daarom binnen het Koninkrijk. Alles buiten het Koninkrijk is illusie. Toen jij de waarheid weggooide, zag je jezelf alsof je ervan verstoken was. Door een ander koninkrijk te maken waaraan jij waarde hechtte, heb je niet louter Gods Koninkrijk in je denkgeest behouden, en aldus een deel van jouw denkgeest erbuiten geplaatst. Wat je gemaakt hebt heeft jouw wil gekooid en je een zieke denkgeest bezorgd die moet worden genezen. Jouw waakzaamheid tegen deze ziekte is de manier om die te genezen. Als je denkgeest eenmaal genezen is, straalt hij gezondheid uit, en onderwijst daardoor genezing.  Dit maakt jou tot een leraar die onderwijst zoals ik. Van mij werd evenzeer waakzaamheid vereist als van jou, en zij die ervoor kiezen hetzelfde te onderwijzen dienen het eens te zijn over wat ze geloven.

 

We hebben de waarheid uit onze denkgeest verdreven en hem daarmee ziek gemaakt. De enige remedie is de waarheid weer binnen te laten en de illusie eruit te verdrijven. Dit geneest onze zieke denkgeest. Dan straalt hij gezondheid uit en worden we leraren zoals Jezus.

Om dat punt te bereiken, moeten we echter doen wat hij deed: waakzaam zijn. We moeten waakzijn zijn voor wat we in onze denkgeest toelaten, want onze eigen verlossing is van cruciaal belang voor de verlossing van het Zoonschap. 

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

10. De derde stap is dus een uitspraak over wat je wilt geloven, en houdt de bereidwilligheid in al het andere los te laten. De Heilige Geest zal jou in staat stellen deze stap te zetten, mits jij Hem volgt. Jouw waakzaamheid is het teken dat jij wilt dat Hij jou leidt. Waakzaamheid vergt wel degelijk inspanning, maar alleen tot je geleerd hebt dat inspanning als zodanig onnodig is. Jij hebt je veel inspanningen getroost om te behouden wat jij gemaakt hebt, omdat het niet waar was. Daarom moet jij nu je inspanningen ertegen richten. Alleen dit kan de noodzaak tot inspanning opheffen, en het zijn, dat je zowel hebt als bent, aanroepen. Dit inzicht kost geen enkele inspanning, aangezien het al waar is en geen bescherming behoeft. Het bevindt zich in de volmaakte veiligheid van God. Daarom is insluiting totaal en schepping onbegrensd.

 

We kunnen niet weten waar ieder van ons zich in dit proces bevindt. Misschien ben je bij de eerste stap. Misschien begin je net aan de tweede. Misschien ben je al verder. Maar waar we ons ook bevinden, de Heilige Geest zal ons altijd verder leiden mits we Hem volgen.

Hoe doen we dat? Door waakzaam te zijn.

Waakzaamheid vergt inspanning, maar alleen omdat we ons eerder hebben ingespannen om de illusie in onze denkgeest in stand te houden. Nu gebruikt de illusie deze energie om ons vast te houden, maar in plaats daarvan moeten we de energie gebruiken om de illusie ongedaan te maken. Als we dat eenmaal hebben gedaan, zijn we klaar om terug te keren naar de staat van zijn, een staat die vrij is van elke inspanning, een staat van pure moeiteloze genade.

Dit thema vinden we terug in deze hele paragraaf. We moeten de juiste keuze maken om voorbij elke keuze te gaan. We moeten volledig geloven om voorbij geloof te gaan. We moeten ons inspannen om de eeuwige moeiteloosheid te bereiken.

Zijn we bereid om kritisch te kijken naar alles wat onze denkgeest binnen wil komen? Zijn we bereid om elke gedachte te beoordelen in het licht van wat God in onze denkgeest heeft geplaatst? Zijn we bereid om alleen waakzaam te zijn voor God en Zijn Koninkrijk? 

(Toelichtingen door Robert Perry)