Hoofdstuk 13

De schuldeloze wereld

VIII. Van waarneming tot kennis

 

1. Alle genezing is bevrijding van het verleden. Daarom is de Heilige Geest de enige Genezer. Hij onderwijst dat het verleden niet bestaat, een feit dat tot het domein van kennis behoort, en dat niemand in de wereld dus kan kennen. Het zou zonder meer onmogelijk zijn met deze kennis in de wereld te verkeren. Want de denkgeest die deze kennis ondubbelzinnig heeft, weet eveneens dat hij in de eeuwigheid woont, en in het geheel geen waarneming hanteert. Hij denkt er dan ook niet over na waar hij is, want het begrip ‘waar’ heeft voor hem geen enkele betekenis. Hij heeft de kennis dat hij overal is, net zoals hij alles heeft, voor eeuwig.

 

Om van waarneming tot kennis te komen, moeten we leren dat het verleden niet bestaat. Wij kunnen dat niet weten, omdat 'het zonder meer onmogelijk [zou] zijn met deze kennis in de wereld te verkeren'. Alleen de Heilige Geest kan ons bevrijden van het verleden, omdat alleen Hij weet dat het verleden niet bestaat. Daarom is de Heilige Geest de enige Genezer.

Veel spirituele leraren in deze wereld beweren dat ze volledig verlicht zijn, maar volgens deze alinea is dat onmogelijk, omdat ze, als ze volledig verlicht zouden zijn, niet hier zouden zijn. Een volledig verlichte denkgeest bevindt zich buiten alle waarneming. Hij weet 'dat hij overal is, net zoals hij alles heeft, voor eeuwig'. Wie in deze wereld kan dit zeggen?

Van het trio 'overal/alles/eeuwig' zullen we in de volgende alinea's nog enkele variaties zien.

(Toelichtingen door Greg Mackie)

 

2. Het heel reële verschil tussen waarneming en kennis wordt volkomen duidelijk als je het volgende in overweging neemt: kennis heeft niets gedeeltelijks. Elk aspect is heel, en dus is geen enkel aspect afgescheiden. Jij bent een aspect van kennis, want je bent in de Denkgeest van God, die jou kent. Alle kennis moet wel de jouwe zijn, want in jou is alle kennis. Waarneming, ook in haar meest verheven vorm, is nooit volledig. Zelfs de waarneming van de Heilige Geest, die zo volmaakt is als waarneming kan zijn, heeft in de Hemel geen betekenis. Onder Zijn leiding kan waarneming overal reiken, want de visie van Christus ziet alles in het licht. Maar geen enkele waarneming, hoe heilig ook, zal eeuwig duren.

 

Wanneer Jezus spreekt over 'aspecten' bedoelt hij meestal delen van het Zoonschap. In deze alinea noemt hij ons als Zoon van God een 'aspect van kennis'. In deze wereld is kennis onmogelijk, maar in de Hemel hebben we niet alleen kennis, we zijn het ook. We hebben kennis omdat alle kennis van God in ons is; en we zijn kennis omdat we in de Denkgeest van God zijn.

Ieder van ons is een aspect van die kennis, en aangezien kennis volledig is, is ieder van ons het geheel van kennis. Met andere woorden: kennis is allesomvattend; ze is volkomen één; ze is overal, alles en eeuwig. Waarneming is daarentegen nooit volledig, zelfs de meest verheven niet, zoals die van de Heilige Geest. Ze kan overal reiken, en de visie van Christus ziet alles in het licht van heiligheid. Maar ze zijn niet volledig omdat ze, in tegenstelling tot kennis, niet eeuwig zijn. Ze zijn slechts tijdelijk.

(Toelichtingen door Greg Mackie)

 

3. Volmaakte waarneming nu, heeft veel elementen gemeen met kennis, wat de overdracht daarnaar mogelijk maakt. De laatste stap moet echter door God worden gezet, want de laatste stap in je verlossing, die in de toekomst lijkt te liggen, werd door God in jouw schepping volbracht. De afscheiding heeft die niet onderbroken. Schepping kan niet onderbroken worden. De afscheiding is slechts een foutieve formulering van de werkelijkheid, met in het geheel geen gevolg. Het wonder, zonder functie in de Hemel, is hier onontbeerlijk. Nog steeds kunnen aspecten van de werkelijkheid worden gezien, en ze zullen aspecten van de onwerkelijkheid vervangen. Aspecten van de werkelijkheid kunnen overal en in alles worden gezien. Maar alleen God kan ze bijeenbrengen door ze als één te kronen met de ultieme gave van de eeuwigheid.

 

Toen we geloofden dat we ons afscheidden van God, leken we de schepping te onderbreken. Maar dat gebeurde niet omdat schepping niet onderbroken kan worden. We maakten alleen 'een foutieve formulering van de werkelijkheid'. Het wonder stelt ons in staat om zelfs hier aspecten van de werkelijkheid onze mede-zonen van God te zien zoals ze werkelijk zijn. Uiteindelijk zullen we 'volmaakte waarneming', oftewel de werkelijke wereld bereiken, die kennis zo dicht benadert dat de overdracht daarnaar eindelijk mogelijk is. Maar alleen God kan die transformatie voltrekken, omdat alleen Hij weet dat de schepping nooit is onderbroken. Zijn 'laatste stap' is de bevestiging dat schepping er was in het begin, er nu is, en er altijd zal zijn. 

(Toelichtingen door Greg Mackie)

 

4. Los van de Vader en de Zoon heeft de Heilige Geest geen functie. Hij is van geen van beiden gescheiden, want Hij verblijft in de Denkgeest van Beiden, wetend dat Denkgeest Eén is. Hij is een Gedachte van God, en God heeft Hem aan jou gegeven omdat Hij geen Gedachten heeft die Hij niet deelt. Zijn boodschap spreekt van tijdloosheid in de tijd, en daarom beziet de visie van Christus alles met liefde. Maar zelfs de visie van Christus is niet Zijn werkelijkheid. De gouden aspecten van de werkelijkheid die onder Zijn liefdevolle blik opgloeien in het licht, vormen een gedeeltelijke, vluchtige indruk van de Hemel die daarachter ligt.

 

Om de reis van waarneming naar kennis te kunnen maken, hebben we de Heilige Geest nodig, omdat Hij zowel in de Denkgeest van God als in die van de Zoon verblijft. Hij kent de tijdloosheid in de Denkgeest van de Vader, zodat Hij in de denkgeest van de Zoon kan spreken van 'tijdloosheid in de tijd'. Hij brengt ons naar de volmaakte waarneming die in de vorige alinea werd beschreven. Hij geeft ons de visie van Christus, die alles met liefde beziet. Hij leert ons onze broeders te zien zoals ze werkelijk zijn: 'gouden aspecten van de werkelijkheid'. Hij brengt ons naar de poort van de Hemel, waar God de laatste stap zal zetten door in ons de kennis te herstellen dat de Denkgeest van de Vader en de Zoon één is. 

(Toelichtingen door Greg Mackie)

 

5. Dit is het wonder van de schepping: dat ze voor eeuwig één is. Ieder wonder dat jij de Zoon van God schenkt, is niets anders dan de ware waarneming van één aspect van het geheel. Hoewel ieder aspect het geheel is, kun je dit niet weten voordat jij ziet dat ieder aspect hetzelfde is, waargenomen in hetzelfde licht en daarom één. Ieder die zonder het verleden wordt gezien, brengt jou aldus dichter bij het einde van de tijd, door een genezen en genezend zicht het duister in te brengen, en de wereld in staat te stellen te zien. Want licht moet in de verduisterde wereld binnenkomen om zelfs hier de visie van Christus mogelijk te maken. Help Hem Zijn gave van licht te geven aan allen die denken dat ze in duisternis dolen, en laat Hem hen rond Zich scharen in Zijn vredig zicht dat hen één maakt.

 

Wij maken de reis van waarneming naar kennis door het licht van Christus naar iedereen te brengen die denkt in duisternis te dolen. Elke juiste waarneming van een broeder 'één aspect van het geheel' is een wonder. Hoe meer wonderen we verrichten, hoe dichter we het einde van de reis naderen. Uiteindelijk zullen we zien dat elk aspect, elke broeder, hetzelfde is en dat we daarom één zijn. Deze volmaakte waarneming bereidt ons voor op Gods laatste stap, die ons naar de kennis zal brengen dat elk aspect het geheel is.

 

Toepassing : Denk aan iemand die in duisternis lijkt te dolen, en zeg in gedachten het volgende tegen hem of haar:

[Naam], ik bied jou een wonder aan,

Christus' gave van het licht.

Je bent geen gevangene van het verleden.

Je bent één met mij en met al onze broeders.

Ieder van ons is hetzelfde,

we zijn allemaal mooi en gelijk in onze heiligheid.

Het licht dat we met elkaar delen, stelt de wereld in staat om te zien. 

(Toelichtingen door Greg Mackie)

 

6. Zij zijn allemaal hetzelfde, allen mooi en gelijk in hun heiligheid. En Hij zal hen aan Zijn Vader aanbieden zoals zij aan Hem werden aangeboden. Er is maar één wonder, zoals er maar één werkelijkheid is. En elk wonder dat je doet bevat ze allemaal, zoals elk aspect van de werkelijkheid dat je ziet in stilte versmelt met de ene Werkelijkheid van God. Het enige wonder dat er ooit is geweest is Gods hoogst heilige Zoon, geschapen in de ene Werkelijkheid die zijn Vader is. De visie van Christus is Zijn gave aan jou. Zijn Wezen is Zijn Vaders gave aan Hem.

 

Hoewel de gebruikelijke definitie van 'wonder' in de Cursus de genezing van waarneming is, is er ook nog een andere definitie die in de vorige alinea 'het wonder van de schepping' werd genoemd. Volgens deze definitie is Gods schepping van Zijn Zoon een wonder. Dat is het éne wonder, 'het enige wonder dat er ooit is geweest'. De wonderen die wij in de wereld verrichten zijn afspiegelingen van dat ene wonder, bevestigingen van de zuiverheid, heiligheid en eenheid van Gods Zoon. 

(Toelichtingen door Greg Mackie)

 

7. Wees tevreden met genezing, want de gave van Christus kun je weggeven, en de gave van je Vader kun je niet kwijtraken. Schenk de gave van Christus aan iedereen en overal, want wonderen, via de Heilige Geest aan Gods Zoon aangeboden, stemmen je af op de werkelijkheid. De Heilige Geest kent jouw rol in de verlossing, kent degenen die jou zoeken, en weet waar ze te vinden zijn. Kennis ligt ver buiten jouw persoonlijke bekommernis. Jij die er deel en het geheel van bent, hoeft slechts te beseffen dat ze van de Vader en niet van jou afkomstig is. Jouw rol in de verlossing leidt jou ernaartoe door haar eenheid opnieuw in je denkgeest te bekrachtigen.

 

Veel spirituele zoekers hunkeren naar kennis bovennatuurlijke ervaringen of rechtstreekse vereniging met God. Maar hier wordt ons verteld: 'Wees tevreden met genezing'. De focus van Een cursus in wonderen ligt niet op bovennatuurlijke ervaringen van verlichting, die weliswaar nuttig kunnen zijn, maar het ego volledig intact laten. De focus van de Cursus ligt op de egoloze uitbreiding van wonderen naar onze broeders. Kennis is niet onze zorg; onze taak is alleen het op ons nemen van onze rol in het verlossingsplan, door Christus' gave van ware waarneming 'aan iedereen en overal' aan te bieden. Wanneer we ons hieraan toewijden, kunnen we erop vertrouwen dat we uiteindelijk tot een permanent bewustzijn van kennis en eenheid met God geleid worden iets dat geen enkele bovennatuurlijke ervaring ons kan geven.

 

Toepassing : Laten we een verbintenis aangaan met deze functie van genezing:

Heilige Geest, laat mij tevreden zijn met genezing.

Laat mij de gave van Christus, de gave van wonderen, aan iedereen en overal schenken.

Laat me mijn rol in de verlossing vervullen, opdat deze mij naar kennis kan leiden,

door haar eenheid opnieuw in mijn denkgeest te bekrachtigen. 

(Toelichtingen door Greg Mackie)

 

8. Wanneer jij je broeders als jezelf hebt gezien, word je tot kennis bevrijd, omdat je geleerd hebt jezelf vrij te maken door middel van Hem die weet wat vrijheid is. Verenig je met mij onder de heilige banier van Zijn onderricht, en naarmate we groeien in kracht zal de macht van Gods Zoon in ons in beweging komen, waarbij we niemand onberoerd en niemand alleen zullen laten. En plotseling zal de tijd voorbij zijn, en zullen we ons allen verenigen in de eeuwigheid van God de Vader. Het heilige licht dat je buiten jezelf hebt gezien, in ieder wonder dat jij je broeders hebt geschonken, zal aan jou worden teruggegeven. En in de wetenschap dat het licht in jou is, zullen je scheppingen daar bij jou zijn, zoals jij in je Vader bent.

 

Deze paragraaf beschrijft op diverse manieren de weg van waarneming naar kennis. Hier zien we een versie die me doet denken aan het beeld van 'de grote kruistocht' in TI.Ill.1:6. Eerst verenigen we ons met Jezus 'onder de heilige banier van Zijn onderricht' (het onderricht van de Heilige Geest). We schenken wonderen aan onze broeders, door ware waarneming naar hen uit te breiden. Daardoor zullen steeds meer broeders zich met ons verenigen onder de banier van de Heilige Geest de beweging van de wonderdoeners neemt toe in kracht (ik kan bijna iedereen horen zingen: 'We shall overcome' ...). De macht van Gods Zoon in onszelf wordt steeds sterker, en uiteindelijk is iedereen verenigd als de ene Zoon van God.

En plotseling is de tijd voorbij. De eenwording is voltooid. We zien al onze broeders als onszelf. 'We shall overcome' wordt Beethovens 'Ode an die Freude', want we zijn bevrijd tot kennis, volledig één met elkaar en met onze scheppingen de liefdevolle gedachten in de denkgeest van Christus in God onze Vader.

(Toelichtingen door Greg Mackie)

 

9. Zoals wonderen jou in deze wereld met je broeders verbinden, zo vestigen jouw scheppingen je vaderschap in de Hemel. Jij bent de getuige voor Gods Vaderschap, en Hij heeft je de macht gegeven getuigen te scheppen voor het jouwe, dat zoals het Zijne is. Verloochen hier een broeder, en je verloochent de getuigen voor jouw vaderschap in de Hemel. Het wonder dat God geschapen heeft is volmaakt, net zoals de wonderen die jij in Zijn Naam tot stand hebt gebracht. Zij hebben geen genezing nodig, net zomin als jij, wanneer je ze aanvaardt.

 

Het woord 'getuige' is een belangrijke term in Een cursus in wonderen. Getuigen betekent bewijs leveren voor het bestaan van iets. Wijn zijn getuigen voor het Vaderschap van God, we zijn het bewijs van Zijn Vaderschap. In de Hemel zijn onze eigen scheppingen getuigen van ons vaderschap. Wanneer we in de wereld onze broeders zien als minder dan een volmaakte Zoon van God, ontkennen we onze scheppingen in de Hemel. Daarom moeten we onze broeders een wonder schenken door middel van ware waarneming, en ons met hen verenigen als aspecten van het Zoonschap. 

(Toelichtingen door Greg Mackie)

 

10. Maar in deze wereld is jouw volmaaktheid zonder getuigen. God kent die, maar jij niet, en dus deel je Zijn getuigenis daarvoor niet. Je legt evenmin getuigenis voor Hem af, want voor de werkelijkheid wordt als één getuigd. God wacht op jouw getuigenis voor Zijn Zoon en voor Hemzelf. De wonderen die jij op aarde verricht, worden tot de Hemel en tot Hem verheven. Ze getuigen voor dat wat jij niet kent, en zodra ze de Hemelpoorten bereiken, zal God die openen. Want nooit zou Hij Zijn eigen geliefde Zoon daarbuiten laten, en buiten Hemzelf.

 

God kent onze volmaaktheid, maar in de wereld zijn daar geen getuigen voor, omdat we onze volmaaktheid ontkennen. De enige manier om deze ontkenning ongedaan te maken, is het schenken van wonderen aan onze broeders. Hen zien zoals ze werkelijk zijn getuigt van de kennis die we verworpen hebben, inclusief de kennis van onze volmaaktheid. Wanneer we uiteindelijk iedereen zien vanuit ware waarneming, zal God de laatste stap zetten. Hij zal de poorten van de Hemel openen en, net als de vader van de verloren zoon, Zijn geliefde Zoon met open armen verwelkomen. Hij zal ons vol vreugde binnenlaten en in ons de kennis herstellen die we zijn vergeten maar nooit echt verloren hebben. 

(Toelichtingen door Greg Mackie)