50 principes van wonderen
Principe 13
Wonderen zijn zowel begin- als eindpunten en wijzigen zo de tijdsorde. Ze zijn steeds weer bekrachtigingen van wedergeboorte, die achteruit lijken te gaan maar in wezen vooruit gaan. Ze maken het verleden ongedaan in het heden en bevrijden zo de toekomst.
De beste manier om dit principe te begrijpen is door middel van onderstaand schema. We kunnen het zien als een loper die de gehele tijdsspanne van onze ervaring in deze wereld weerspiegelt. Het wonder neemt bepaalde aspecten van die ervaring, die allemaal gebaseerd zijn op het geloof in afscheiding of op onze schuld en isoleert ze als het ware als probleemgebieden waar we mee te kampen hebben. Stel dat we een bepaald probleem hebben in een relatie. Het wonder richt onze aandacht op die relatie om deze te vergeven. In die zin is het wonder een begin en een einde, omdat het 't probleem definieert en tegelijkertijd oplost. Als we het probleem genezen, wat betekent dat we die ene persoon met wie we het 't moeilijkst hadden vergeven, of een situatie, die sterke gevoelens van afscheiding, angst, schuld, woede, enzovoort in ons opriep, echt loslaten, wordt de tijd als het ware samengevouwen. Dat wordt bedoeld met het 'wijzigen van de tijdsorde'.
DE LOPER VAN DE TIJD
Een cursus in wonderen onderwijst dat op hetzelfde moment waarop de afscheiding begon, de wereld van de evolutie ontstond. Op dat ene ogenblik, waarop we geloofden dat we ons hadden afgescheiden van God, werd als het ware een enorme loper uitgerold die de hele evolutionaire wereld vertegenwoordigt —verleden, heden en toekomst.
Maar de Cursus onderwijst ook dat God, op hetzelfde moment waarop de afscheiding leek plaats te vinden, de Heilige Geest schiep, die het geloof dat leidde tot het uitrollen van de loper meteen weer ongedaan maakte. Met andere woorden: op hetzelfde moment waarop de afscheiding plaatsvond werd deze weer gecorrigeerd (T26.V.3). Het probleem is echter dat wij nog steeds geloven dat de wereld van tijd en ruimte waarin we leven, en die in feite een droom is, werkelijk is. Daarom spreekt de Cursus over de Heilige Geest als een Stem. Hij is Gods Stem die zich uitbreidt tot in de droom, zodat Hij ons daaruit kan doen ontwaken. De gehele evolutionaire wereld maakt deel uit van de droom.
Een van de manieren waarop het ego ons heeft verankerd in die droom, in het geloof dat de droom werkelijkheid is, is het verzinsel dat tijd lineair is en bestaat uit verleden, heden en toekomst. Dit is het belangrijkste struikelblok wanneer we proberen te begrijpen hoe de Cursus tijd ziet en hoe het wonder werkt. Onze denkgeest is zo overtuigd van het feit dat de tijd lineair is, dat we onmogelijk kunnen zien dat deze in werkelijkheid holografisch is. Holografie is een model van de kwantumfysica en leert dat elk deel van iets het geheel bevat. Dat betekent dat onze denkgeest, ondanks wat we bewust geloven, de volledige geschiedenis van het ego bevat, die niet alleen bestaat uit de geschiedenis van deze planeet, maar van het gehele fysieke universum.
Voor ons is dit een verbijsterend idee, omdat de denkgeest (en daarmee het brein) in hoge mate wordt beperkt door de lineaire constructie van de tijd die we hebben verzonnen: verleden, heden en toekomst. In werkelijkheid is elke afzonderlijke ervaring echter een deel van de volledige droom. Dat bedoelt de Cursus als hij zegt dat we een reis ondernemen die al voorbij is en dat het draaiboek al is geschreven. (WdI.158.3,4). De Heilige Geest verenigt zich met ons in dit draaiboek en leert ons om er op een andere manier naar te kijken. Les 169 van het Werkboek spreekt over de Heilige Geest als "Hem die het draaiboek van de verlossing schreef in de Naam van Zijn Schepper" (WdI.169.9:3). Het draaiboek van de verlossing keert het draaiboek van het ego om. Het doel van het ego-draaiboek is het versterken van het geloof in afscheiding; de Heilige Geest gebruikt dat draaiboek, dat al onze relaties en situaties bevat, om ons te leren dat we niet afgescheiden zijn. Hij gebruikt de wereld als een klaslokaal; het ego gebruikt de wereld als een gevangenis. Het is dezelfde wereld, maar de manier waarop het ego ernaar kijkt verankert ons er steeds dieper in. De manier waarop de Heilige Geest naar de wereld kijkt bevrijdt ons ervan.
Wat ons op de loper houdt is schuld en dat betekent dat vrij zijn van schuld de manier is om uit de droom te ontwaken, of van de loper af te komen. En dat is wat vergeving doet. Een cursus in wonderen beoogt tijd te besparen, zoals hij herhaaldelijk zegt. Jezus zegt onder andere dat we tijd besparen als we doen wat hij ons aanraadt (T18.VII.6) en dat het wonder zelfs duizenden jaren kan besparen (T1.II.6:7).
De Cursus spreekt niet specifiek over reïncarnatie of vorige levens, behalve op één plaats, en daar neemt hij geen standpunt in (H24.3:1). Diverse verwijzingen impliceren echter dat we hier niet voor het eerst zijn. Als Jezus zegt dat we duizenden jaren kunnen besparen, zegt hij in feite dat we vele levens kunnen besparen. Wanneer we bijvoorbeeld een groot probleem hebben met schuld, dat op een bepaald gebied van onze relaties tot uitdrukking komt, blijven we kennelijk iets doen wat onze zelfhaat en ons geloof in afscheiding versterkt. In onze opvatting van tijd kan het tien levens duren om dat op te lossen; om keer op keer terug te komen totdat we er klaar mee zijn. Als we er echter voor kiezen om dat moeilijke probleem nu uit te werken, wat meestal betekent dat we anders gaan kijken naar een relatie of situatie die de wereld beoordeelt als bijzonder zwaar en gevuld met veel pijn, angst en lijden, en beseffen dat we niet het slachtoffer zijn van anderen of van onszelf, dan kunnen we dat probleem in dit leven oplossen. Dat bedoelt de Cursus met het besparen van tijd of duizenden jaren. Dat bedoelt hij als hij zegt dat wonderen 'de tijdsorde wijzigen'. Ze schaffen de tijd niet volledig af, maar vouwen deze samen, zodat de tijd, die we nodig hebben om het grote probleem met schuld op te lossen, wordt bekort.
Het is niet nodig om deze metafysische zienswijze over tijd te begrijpen of het ermee eens te zijn. Het enige wat nodig is, is het besef dat elke moeilijke en pijnlijke situatie een doel heeft, namelijk leren jezelf niet als slachtoffer te zien en, in de mate waarin je dat leert, jezelf te bevrijden van schuld. En dat bespaart je tijd.
Vraag: Ik begrijp wat je zegt, maar het is moeilijk om dit te zien in termen van het collectieve ego, dat uit vele delen bestaat. Sommige delen bevinden zich op de terugweg en rollen de loper op, terwijl andere delen hem weer uitrollen. Het lijkt op één stap vooruit en twee stappen achteruit. Hoe kan de loper ooit definitief wordt opgerold?
Antwoord: De Cursus zegt dat "de uitkomst zo zeker is als God" (T2.III.3:10; T4.II.5:8), maar ik denk dat het binnen de illusie heel, heel lang zal duren. Zoals de Cursus zegt is er enorm veel angst in deze wereld.
Vraag: Houdt de angst zichzelf in stand?
Antwoord: Dat lijkt zo. Toen Helen dit materiaal van Jezus begon te ontvangen, gaf hij haar een korte uitleg van wat er aan de hand was. Hij beschreef de vreselijke toestand waarin de wereld zich leek te bevinden en zei dat er een versneld hemels ingrijpen plaatsvond; dat mensen werden opgeroepen om hun talenten in te zetten om anderen te helpen hun denkgeest sneller te veranderen. Een cursus in wonderen was onderdeel van dit plan en Helen en Bill namen hun rol op zich door de Cursus in de wereld te brengen en daarmee mensen te helpen bij het veranderen van hun denkgeest. De Cursus past dus perfect in de tijd waarin we nu leven; een tijd die nog steeds gedomineerd wordt door een christendom dat, ondanks de radicale veranderingen van de laatste jaren, niet erg christelijk is en een tijd waarin de psychologie een rol is gaan spelen. Maar bovenal is het een tijd waarin we steeds verder verwijderd zijn geraakt van het gezonde idee dat in aanval geen verlossing schuilt en in plaats daarvan geloven in het krankzinnige idee dat gescheiden belangen — zowel persoonlijk als internationaal — de uitweg uit de hel zijn. We leven echter ook in een tijd waarin de waarden van onze autoriteiten — politici, kerkelijke leiders, wetenschappers, leraren, enzovoort — serieus worden bevraagd, waardoor ze meer open staan voor nieuwe ideeën. Hierdoor zien velen Een cursus in wonderen als deel van de new age-beweging, hoewel de boodschap van de Cursus de new age-gedachte ver overstijgt en in feite deel uitmaakt van de grote, oude, spirituele tradities.
Vraag: Maar als de tijd niet bestaat is het toch niet nodig om versneld in te grijpen?
Antwoord: Dat is waar. Maar stel dat een kind een nachtmerrie heeft. Jij weet dat het een nachtmerrie is, maar je kind wordt erdoor gekweld. Als ouder wil je het lijden van je kind verlichten, ook al weet je dat er in werkelijkheid niets aan de hand is. Dat is in principe de manier waarop de Heilige Geest of Jezus ernaar kijkt. Hoewel onze pijn niet werkelijk is geloven we dat wel, en de Cursus helpt ons om onszelf van die pijn te bevrijden.
Vraag: Kun je iets zeggen over de oorzaak van schuld?
Antwoord: De fundamentele bron van schuld is ons geloof dat we God hebben aangevallen en ons van Hem hebben afgescheiden. Dat is wat de Cursus bedoelt met zonde, ook wel erfzonde genoemd. Doordat we geloven dat we God hebben aangevallen en ons van Hem hebben afgescheiden voelen we ons schuldig. Schuld is een ervaring die ons vertelt dat we hebben gezondigd. En dat veroorzaakt angst voor wat God zal doen om wraak te nemen. We hebben God aangevallen, dus daar zal Hij ons voor straffen. Dit is de kern van het denksysteem van het ego en daar komt alle schuld vandaan. We geloven dat we God tot slachtoffer hebben gemaakt en dat projecteren we vervolgens op alle situaties in ons leven. We geloven dat we andere mensen tot slachtoffer maken, wat naar ons terugkeert zodat we geloven dat anderen ons tot slachtoffer maken.
Vraag: Zegt de Cursus niet dat je, als je één persoon vergeeft, iedereen hebt vergeven?
Antwoord: Ja. Aangezien elk probleem veroorzaakt wordt door schuld vergeven we, als we één persoon waarachtig en volledig vergeven, in feite iedereen, omdat er uiteindelijk slechts één probleem is.
Vraag: Het is net zoiets als het raken van de eerste kegel bij het bowlen, alle andere kegels vallen dan om.
Antwoord: Juist, dat is een goede analogie. Er is een mooie werkboekles die zegt: "Ik zal een ogenblik stil zijn en naar huis toe gaan" (WdI.182.t) en suggereert dat we als het ware alleen maar met onze vingers hoeven te knippen. Het probleem is dat de angst zo enorm groot is. De basis van deze angst is de angst voor liefde of de angst voor God. Het ego vertelt ons dat God ons zal vernietigen als we deze angst loslaten. En dat idee weerhoudt ons ervan om een ogenblik stil te zijn en naar huis te gaan. In principe kunnen we dat, want er is slechts één probleem. Maar omdat onze angst zo groot is lopen we juist de andere kant op. Een cursus in wonderen helpt ons de weg naar huis sneller terug te vinden.
Vraag: Is de angst altijd onbewust?
Antwoord: Hij is onbewust omdat verdringing de enige manier is om hem te kunnen verdragen.
Vraag: ik heb de indruk dat dit minder ernstig is dan iedereen lijkt te denken. Iets in mij zegt steeds: "Neem dit niet zo serieus!"
Antwoord: Dat is helemaal waar. In hoofdstuk 27 van het Tekstboek spreekt de Cursus over de afscheiding als "een nietig dwaas idee waarom de Zoon van God vergat te lachen" (T27.VIII.6:2). Het probleem is dat we de afscheiding van God serieus hebben genomen. Als we alleen maar hadden gegiecheld en ons hadden gerealiseerd hoe dwaas het is om te proberen net als God te scheppen en ons Zijn rol als Schepper toe te eigenen, was er niets aan de hand geweest. Wij verzinnen problemen, nemen ze vervolgens serieus, en besteden de rest van ons leven aan het oplossen ervan. Het ego is als de tovenaar van Oz: een onbeduidend mannetje achter een enorm, zichzelf uitbreidend systeem. Op andere plaatsen zegt de Cursus dat het ego lijkt te brullen als een leeuw, maar in feite een angstig muisje is dat het universum wil aanvallen (T21.VII.3:11; T22.V.4:3). Als we leren het ego niet zo serieus te nemen zijn we veel beter af. Maar we moeten er wel voor oppassen dat we een probleem, dat we werkelijk hebben gemaakt, niet ontkennen. We laten ons namelijk gemakkelijk misleiden door het idee dat we een probleem hebben losgelaten, terwijl we het alleen maar hebben toegedekt.
Vraag: Hoe weet je of dat zo is?
Antwoord: Als je een probleem werkelijk hebt losgelaten voel je je vredig. Dit principe zegt: "Wonderen zijn zowel begin- als eindpunten en wijzigen zo de tijdsorde". Dat wil zeggen: wonderen isoleren problemen en zeggen: concentreer je hier op. Door het probleem onder ogen te zien en op te lossen wijzigt het wonder de tijdsorde. Hoewel al onze problemen hun wortels hebben in het verleden, moeten we ons realiseren dat ze zich daar niet bevinden. Ze zijn hier en nu, op hetzelfde moment dat we ervoor kiezen ze te zien en we kunnen nu een andere keuze maken. Dan worden wonderen "bekrachtigingen van wedergeboorte, die achteruit lijken te gaan maar in wezen vooruit gaan". Dit bedoelt de Cursus met 'wedergeboren worden', een term die hij later gebruikt (bijvoorbeeld in T13.VI.3:5). Hij bedoelt daarmee niet hetzelfde als wat de fundamentalistische christenen ermee bedoelen. Volgens de Cursus betekent het: kiezen voor een leven waarin we de Heilige Geest volgen en niet het ego. Het ego volgen leidt tot de dood, de Heilige Geest volgen leidt ons terug naar het eeuwige leven.
Het wonder is de bekrachtiging van dat eeuwige leven, dat opnieuw geboren wordt in de vorm van anders denken. Het lijkt achteruit te gaan, omdat het 't verleden geneest. Als ik in het hier en nu boos op jou ben, haal ik in feite iets op uit het verleden en zie ik je niet in het hier en nu. Paragraaf III van Hoofdstuk 17, "Schaduwen van het verleden", legt uit dat we andere mensen altijd zien in termen van het verleden, of het nu gaat om iets waarvan we geloven dat ze ons of anderen hebben aangedaan, of om onze kindertijd en de behoeften die we toen hadden.
Het wonder maakt het verleden ongedaan in het heden en bevrijdt zo de toekomst. Het bevrijdt ons van de zienswijze van het ego met betrekking tot de tijd, die de schuld uit het verleden projecteert op de toekomst. Vanwege ons schuldige verleden zijn we bang voor wat de toekomst ons zal brengen. We zijn bang dat we niet genoeg geld zullen hebben als we oud zijn, of dat ons iets vreselijks zal overkomen. Al deze angsten zijn geworteld in de schuld in het verleden, die op zijn beurt is geworteld in het geloof dat we tegen God gezondigd hebben.
Het ego gebruikt de tijd om het verleden te projecteren op de toekomst en zo het heden te negeren. Paragraaf I van hoofdstuk 15, "De twee manieren om de tijd te gebruiken", bevat een verklaring over de manier waarop het ego de tijd gebruikt en hoe de Heilige Geest dat doet. De Heilige Geest vertelt ons dat het verleden niet bestaat, omdat het gebaseerd is op niet-bestaande schuld. Daarom is er niets waar we in de toekomst bang voor hoeven te zijn. De enige tijd die bestaat is nu; het heden is de enige tijd die er is, zegt de Cursus in het Werkboek (WdI.8.1:5; WdI.132.3:1). Dat stelt de Heilige Geest in staat om zich via ons uit te breiden en dus wordt de toekomst een uitbreiding van het heden. Zo kan de vrede, de liefde en de eenheid die we nu voelen zich uitbreiden naar de toekomst.
Vraag: Betekent dit dat je in een bepaalde relatie moet blijven?
Antwoord: Nee, natuurlijk niet. Dat heeft te maken met vorm of gedrag en Een cursus in wonderen adviseert nooit wat je in een bepaalde situatie moet doen. Hij biedt alleen het middel — vergeving — waarmee je je ego uit kunt schakelen, zodat je geleid kunt worden door de Ene die weet wat het beste voor jou is in die situatie. Vraag hulp aan de Heilige Geest voordat je iets doet, maar roep allereerst, nog voordat je vraagt: " Wat moet ik doen?", Zijn hulp in om de investeringen van het ego in de uitkomst, die verhinderen dat je Zijn antwoord kunt horen, los te laten.