Hoofdstuk 10

De afgoden van ziekte

Inleiding

 

1. Niets buiten jou kan je angstig of liefdevol maken, omdat er buiten jou niets is. Tijd en eeuwigheid bevinden zich beide in je denkgeest en zullen in conflict zijn tot je de tijd uitsluitend als een middel ziet om de eeuwigheid te herwinnen. Dit kun je niet doen zolang jij gelooft dat al wat jou overkomt veroorzaakt wordt door factoren buiten jezelf. Je dient te leren dat de tijd alleen jou ter beschikking staat, en dat niets ter wereld deze verantwoordelijkheid van jou weg kan nemen. Jij kunt Gods wetten in je verbeelding wel overtreden, maar je eraan onttrekken kun je niet. Ze werden ingesteld om jou te beschermen en zijn nog even ongeschonden als jouw veiligheid.

 

De gehele wereld van ruimte en tijd bevindt zich uitsluitend in onze denkgeest. Net als in een nachtelijke droom, waarin we in een wereld lijken te zijn die zich buiten onszelf bevindt, terwijl we gewoon in ons bed liggen en alles zich alleen in onze hersenen afspeelt, wordt alles wat er in ons leven gebeurt bepaald door onze denkgeest. Wij denken dat ons van alles overkomt buiten onze wil; dat we als het ware in een rechte lijn proberen te lopen, maar dat de wind ons steeds allerlei kanten uit drijft. Maar deze alinea maakt duidelijk dat er slechts één kracht aan het werk is in ons leven: onze vrije wil om te kiezen. We kunnen de tijd gebruiken zoals we willen: in dienst van het ego, met angst als resultaat, of in dienst van de Heilige Geest, als een middel om de eeuwigheid te herwinnen.

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

2. God heeft naast jou niets geschapen en naast jou bestaat niets, want jij bent deel van Hem. Wat kan er bestaan behalve Hij? Niets kan er gebeuren buiten Hem, want niets is werkelijkheid behalve Hij. Jouw scheppingen voegen aan Hem toe zoals jij dat doet, maar niets wordt toegevoegd wat anders is, omdat alles er altijd al is geweest. Wat anders dan het kortstondige kan jou uit balans brengen, en hoe kan het kortstondige werkelijk zijn als jij Gods enige schepping bent en Hij jou eeuwig heeft geschapen? Jouw heilige denkgeest stelt alles vast wat er met jou gebeurt. Elke reactie die jij hebt op alles wat jij waarneemt is jouw zaak, want jouw denkgeest bepaalt hoe jij dat waarneemt.

 

Toepassing : De eerste zinnen van deze alinea zijn buitengewoon belangrijk. Laten we ze enkele keren herhalen in de eerste persoon:

Naast mij bestaat niets,

want ik ben deel van God,

en niets bestaat behalve Hij.

 

Het idee dat er buiten mij niets bestaat heeft in deze alinea twee betekenissen. Enerzijds betekent het dat in deze wereld niets gebeurt waar ik niet zelf voor kies. Mijn keuze bepaalt wat ik waarneem en mijn reactie daarop. Anderzijds betekent het dat er in werkelijkheid helemaal niets gebeurt. Alle gebeurtenissen in de wereld zijn kortstondig en van voorbijgaande aard. Aangezien ik als deel van God het enige ben dat bestaat en dus eeuwig ben, bestaat het kortstondige niet.

 

Herhaal het volgende:

Naast mij bestaat niets.

Ik ben eeuwig.

De gebeurtenissen in deze wereld zijn niet eeuwig.

Daarom kan deze wereld niet bestaan en kan hier niets gebeuren. 

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

3. God verandert niet van Gedachten over jou, want Hij is niet onzeker over Zichzelf. En wat Hij weet kan gekend worden, omdat Hij het niet alleen voor Zichzelf weet. Hij heeft jou voor Zichzelf geschapen, maar Hij heeft jou de macht gegeven voor jezelf te scheppen, opdat jij als Hij zou zijn. Om die reden is jouw denkgeest heilig. Kan iets de Liefde van God te boven gaan? Kan iets dan jouw wil te boven gaan? Niets kan jou bereiken van buiten jouw wil, omdat jij, in God zijnde, alles omvat. Geloof dit en je zult beseffen hoeveel er in jouw handen ligt. Wanneer iets jouw innerlijke vrede bedreigt, stel jezelf dan deze vraag: ‘Is God van Gedachten veranderd over mij?’ Aanvaard dan Zijn beslissing, want die is zonder meer onveranderlijk, en weiger over jezelf van gedachten te veranderen. God zal nimmer ten nadele van jou beslissen, of Hij zou ten nadele van Zichzelf beslissen.

 

Omdat God jou schiep als Zichzelf, ben je eeuwig en onveranderlijk en bezit je de macht om te scheppen. Hij verandert nooit van gedachten over jou, wat je ook doet. Hij schiep je ook even alomvattend als Hij Zelf is, wat betekent dat 'niets jou kan bereiken van buiten jouw wil'.

'Geloof dit en je zult beseffen hoeveel er in jouw handen ligt'.

Je kunt dit allemaal weten, omdat God het voor jou weet.

 

Toepassing : Het advies aan het eind van deze alinea ('Wanneer iets jouw innerlijke vrede bedreigt' enzovoort) wordt later 'antwoord op verleidingen' genoemd.

Denk aan iets wat op dit moment je innerlijke vrede verstoort, en zeg: Is God van Gedachten veranderd over mij?' Aanvaard dan Zijn antwoord, want dat is onveranderlijk in jouw voordeel. Weiger daarom om zelf van gedachten te veranderen over jezelf. 

(Toelichtingen door Robert Perry)