1. Gebed

IV. Bidden met anderen

 

1. Tot er minstens een begin is gemaakt met het tweede niveau kan niemand met een ander delen in gebed. Want tot dat moment vraagt elk beslist om verschillende dingen. Maar wanneer eenmaal de noodzaak om de ander voor vijand te houden is betwijfeld, en de reden hiervoor begrepen is – al was het maar even – wordt het mogelijk zich te verbinden in gebed. Vijanden delen geen doel. Juist hierin blijft hun vijandschap behouden. Hun afzonderlijke wensen zijn hun arsenaal, hun forten van haat. De sleutel om verder op te klimmen in gebed ligt in deze eenvoudige gedachte, deze verandering van denken:

 

Wij gaan tezamen, jij en ik.

 

2. Nu is het mogelijk in gebed te helpen, en zodoende zelf omhoog te reiken. Met deze stap begint een versnelde opklimming, maar er zijn nog veel lessen te leren. De weg ligt open, en hoop is gerechtvaardigd. Toch is aanvankelijk de kans groot dat waarom wordt gevraagd, zelfs door wie zich in gebed verbindt, niet het doel is waarnaar gebed waarlijk zou moeten streven. Zelfs samen kun je nog om dingen vragen, en zo slechts de illusie opbouwen van een gemeenschappelijk doel. Je kunt samen om specifieke dingen vragen, en niet inzien dat je om gevolgen vraagt zonder de oorzaak. En dit kun je niet krijgen. Want niemand kan alleen gevolgen ontvangen, wanneer hij aan een oorzaak waaruit zij niet voortkomen vraagt ze hem te geven.

 

3. Zelfs verbinden volstaat dan niet, als zij die samen bidden niet vóór alles vragen wat de Wil is van God. Alleen van deze Oorzaak kan het antwoord komen waarin al het specifieke wordt bevredigd, waarin alle afzonderlijke wensen in één wens worden verenigd. Gebed om specifieke dingen vraagt er altijd om dat het verleden op enigerlei wijze wordt herhaald. Wat vroeger aangenaam was, of dat leek te zijn, wat een ander toebehoorde en hem dierbaar leek – dit alles zijn slechts illusies uit het verleden. Het doel van gebed is het heden te bevrijden van zijn ketenen van voorbije illusies, en het een vrij gekozen remedie te laten zijn voor iedere keus die een vergissing vertegenwoordigde. Wat gebed nu te bieden heeft, overtreft zozeer al wat je voordien vroeg dat het beklagenswaardig is met minder tevreden te zijn.

 

4. Je hebt een nieuw gewonnen kans gekozen iedere keer dat je bidt. En zou je die willen verstikken en gevangenzetten in oeroude gevangenissen, wanneer de gelegenheid gekomen is jezelf van allemaal tegelijk te bevrijden? Leg je vragen geen beperking op. Gebed kan Gods vrede brengen. Welk tijdsgebonden ding kan jou meer geven, in net die korte tijdsspanne die rest tot het tot stof vervalt?