Hoofdstuk 2

De afscheiding en de verzoening

III. Het altaar van God

 

1. De Verzoening kun jij alleen in jezelf aanvaarden door je innerlijke licht vrij te maken. Sinds de afscheiding zijn verdedigingsmiddelen vrijwel uitsluitend aangewend om zich tegen de Verzoening te verdedigen, en zo de afscheiding in stand te houden. Dit wordt in het algemeen gezien als een behoefte om het lichaam te beschermen. De vele lichaamsfantasieën waarmee de denkgeest zich inlaat ontstaan uit de verwrongen overtuiging dat het lichaam gebruikt kan worden als middel om ‘verzoening’ te bereiken. Het lichaam als een tempel beschouwen is pas een eerste stap in de correctie van deze verdraaiing, omdat het slechts een deel ervan verandert. Het onderkent wel dat Verzoening in fysieke zin onmogelijk is. Maar de volgende stap is het besef dat een tempel helemaal geen bouwwerk is. De ware heiligheid ervan is gelegen in het innerlijke altaar waaromheen het bouwwerk is opgetrokken. De nadruk op mooie bouwwerken duidt op angst voor Verzoening en is onwil om tot het altaar zelf te komen. De ware schoonheid van de tempel kan niet met fysieke ogen worden aanschouwd. De geestelijke blik kan, aan de andere kant, het bouwwerk helemaal niet zien, omdat hij volmaakte visie is. Maar hij kan wel het altaar met volmaakte helderheid waarnemen.

 

Leestip: Wanneer je metaforische beelden aantreft, zoals hier 'tempel' en 'altaar', probeer dan vast te stellen wat ze symboliseren. Dat is de sleutel om de betekenis te begrijpen.

 

We worden opgeroepen om de Verzoening te aanvaarden door het vrijmaken van ons innerlijke licht. Het probleem is dat we, in plaats van de Verzoening te aanvaarden als de enige ware verdediging, ons tegen de Verzoening verdedigen. Dit doen we met name door het verdedigen van ons lichaam: we koesteren de dingen die het plezier geven en houden alles wat het bedreigt op een afstand. Door het lichaam veilig te stellen, maken we onszelf wijs dat we 'verzoening' vinden: veiligheid, geluk, vrede, verlossing. We proberen deze misvatting op te lossen door het lichaam te zien als 'de tempel van de Heilige Geest' een beroemde bijbelse aanmaning (1Korintiërs 6:19). Hiermee erkennen we weliswaar dat het doel van het lichaam het dienen van de Heilige Geest is, maar dit is op zichzelf niet voldoende. Zelfs als we het zo zien, hebben we nog steeds teveel aandacht voor het lichaam zelf. We moeten ons realiseren dat de werkelijke tempel niet het lichaam zelf is, maar het altaar dat zich in de tempel bevindt: de plaats in onze denkgeest die onze toewijding bevat (zie T5.II.8:7).

Deze alinea bevat een veelzeggende verklaring over 'mooie bouwwerken'. Jezus zegt hier dat de focus op het bouwen van mooie tempels en kerken voortkomt uit de angst voor Verzoening, terwijl een tempel en een kerk juist toegewijd moeten zijn aan het bevorderen daarvan. Hoe mooi ze aan de buitenkant ook zijn, waar zijn ze werkelijk aan toegewijd: aan God of aan het ego? Toewijding aan God is de bron van ware schoonheid, een toewijding die onthuld wordt door de geestelijke blik, die voorbij het uiterlijke bouwwerk naar het altaar daar binnenin kijkt.

(Toelichtingen door Greg Mackie)

 

2. Om volkomen doeltreffend te zijn hoort de Verzoening thuis in het centrum van het innerlijk altaar, alwaar ze de afscheiding ongedaan maakt en de heelheid van de denkgeest herstelt. Vóór de afscheiding was de denkgeest onvatbaar voor angst, omdat angst niet bestond. Zowel de afscheiding als de angst zijn miscreaties die ongedaan moeten worden gemaakt ten behoeve van het herstel van de tempel en de openstelling van het altaar om er de Verzoening te ontvangen. Dit geneest de afscheiding, door in jou de enige doeltreffende verdediging tegen alle afscheidingsgedachten te plaatsen en jou daarbij volmaakt onkwetsbaar te maken.

 

Het altaar in onze denkgeest is toegewijd aan het ego — aan angst en afscheiding. We aanbidden het ego en voeden het dag in dag uit met 'brandoffers' van woede, grieven, materiële zaken en speciaalheid. Wanneer we de afscheiding ongedaan willen maken, moeten we onze tempel een ander doel geven, zodat het een tempel van de Heilige Geest kan worden waarin toewijding aan Hem de toewijding aan het ego vervangt (T8.VII.9:6). Dit vereist een geestelijke schoonmaak. We moeten het ego van ons innerlijke altaar afhalen, zodat dit kan worden opengesteld om de 'enige doeltreffende verdediging tegen alle afscheidingsgedachten' te ontvangen: de kelk van de Verzoening: de erkenning dat alle vergissingen die het altaar bevlekt leken te hebben met bloed, in werkelijkheid nooit zijn begaan. Dat is het herstel van de tempel, een herstel dat de angst, die voortkomt uit het dienen van de wrede egogod, vervangt door de bevrijdende erkenning van volmaakte onkwetsbaarheid, het gevolg van het dienen van de ene ware God.

(Toelichtingen door Greg Mackie)

 

3. Het is slechts een kwestie van tijd tot iedereen de Verzoening heeft aanvaard. Door de onvermijdelijkheid van de uiteindelijke beslissing kan dit in tegenspraak lijken met de vrije wil, maar dat is niet het geval. Je kunt tijd rekken en je bent tot immens uitstel in staat, maar je kunt niet totaal afdwalen van je Schepper, die een grens stelt aan je vermogen tot miscreëren. Een geketende wil laat een situatie ontstaan die in het uiterste geval volslagen onverdraaglijk wordt. Je mag dan veel pijn kunnen verdragen, maar daaraan is een grens. Uiteindelijk begint iedereen in te zien, hoe vaag ook, dat er een betere manier moet zijn. Wanneer dit inzicht vastere grond krijgt, wordt het een keerpunt. Dit laat geestelijke visie uiteindelijk opnieuw ontwaken en tegelijk de investering in de fysieke blik afnemen. Het afwisselend investeren in de twee waarnemingsniveaus wordt doorgaans als een conflict ervaren, een dat zeer acuut kan worden. Maar de uitkomst is zo zeker als God.

 

4. Geestelijke visie kan feitelijk geen vergissingen zien en zoekt alleen Verzoening. Alle oplossingen die het fysieke oog nastreeft verdwijnen. Geestelijke visie kijkt naar binnen en constateert onmiddellijk dat het altaar ontwijd is en moet worden hersteld en beschermd. Zich volkomen van de juiste verdediging bewust negeert ze alle andere en kijkt voorbij vergissingen naar de waarheid. Door de kracht van haar visie maakt ze de denkgeest aan zich dienstbaar. Dit herstelt de macht van de denkgeest en maakt het hem steeds onmogelijker om uitstel te dulden, in het besef dat het de pijn slechts nodeloos vermeerdert. Hierdoor wordt de denkgeest almaar gevoeliger voor wat hij vroeger gezien zou hebben als heel kleine steken van onbehagen.

 

Wij hebben de wereld gemaakt om de afscheiding in stand te houden, en de Heilige Geest corrigeert dit door de wereld te gebruiken als een hulpmiddel om weer thuis te komen.

Deze beide alinea's schetsen een beeld van deze spirituele reis.

Misschien wil je, terwijl je deze tekst leest, naar je eigen reis kijken: We starten vanuit een geketende wil. We willen gelukkig zijn, maar voelen ons onmachtig om dit te bereiken. We zijn niet blij met het leven dat we leiden, maar denken dat we daar niet aan kunnen ontsnappen. In werkelijkheid kan dat wel, maar net zoals een vrouw met een mishandelende partner volhoudt dat hij van haar houdt, weigeren we de waarheid onder ogen te zien en verdragen we de 'mishandeling'. Uiteindelijk wordt de pijn zo groot dat we een grens bereiken, en beginnen te beseffen dat er een betere manier van leven moet zijn (een verwijzing naar Helen en Bill, die het erover eens waren dat er een betere manier moest zijn om met elkaar en met de mensen in hun leven om te gaan). Dit is het keerpunt, het moment waarop er geen andere weg meer is dan naar boven.

Dit keerpunt betekent een herontwaken tot de visie van Christus, die leidt tot een situatie waarin we verscheurd worden tussen onze oude levenswijze — gekenmerkt door onze 'investering in de fysieke blik': het geloof dat het fysieke het enige is wat er werkelijk toe doet en ons ontluikende nieuwe leven in de geest.

God wil dat we bij Hem zijn, maar het ego is als die mishandelende partner, die ons achtervolgt en wanhopige berichten achterlaat op onze voicemail. Dit conflict kan 'zeer acuut' worden en lang duren. Maar de visie van Christus leidt ons daaruit. Ze kijkt naar het 'altaar' diep in onze denkgeest, en ziet dat dit beschadigd is door onze toewijding aan het ego. En in plaats van ons te straffen voor ons 'zondige verleden', ziet de visie van Christus onze natuurlijke onschuld en kijkt voorbij de schade naar het enige wat deze ongedaan kan maken: de Verzoening. De Verzoening maakt de denkgeest dienstbaar aan de visie van Christus en herstelt zijn macht. Terwijl de denkgeest zich eerst machteloos voelde, ziet hij nu dat hij, uitgerust met de verdediging van de Verzoening, de macht heeft om een eind te maken aan pijn, en vrede te ervaren wanneer hij maar wil. Waarom onbehagen ervaren, zelfs 'heel kleine steken' daarvan, wanneer de sleutel van het Koninkrijk in onze handen ligt?

Terwijl we onze reis vervolgen, gebruiken we onze hervonden kracht om ons af te keren van pijn en steeds meer voor vrede te kiezen. Als we ons bewust worden van de vreugde, die de investering in de visie van Christus ons brengt, wordt deze investering steeds sterker. We gaan beseffen dat God altijd bij ons is geweest, zelfs toen ons leven op z'n slechtst was, omdat we 'niet totaal kunnen afdwalen van onze Schepper'. Hoelang onze reis ook duurt, we gaan nooit meer terug naar die mishandelende partner, het ego. De enige plek waar deze reis kan eindigen is in de Armen van onze Geliefde. 'De uitkomst is zo zeker als God'.

(Toelichtingen door Greg Mackie)

 

5. De kinderen van God verdienen het volmaakte welbehagen dat voortkomt uit volmaakt vertrouwen. Totdat ze dit bereiken, vergooien ze zichzelf en hun ware scheppende vermogens aan nutteloze pogingen om het zich met oneigenlijke middelen behaaglijker te maken. Maar in de ware middelen is reeds voorzien en die vergen totaal geen inspanning hunnerzijds. De Verzoening is de enige gave die het waard is geofferd te worden op het altaar van God, vanwege de waarde van het altaar zelf. Het werd volmaakt geschapen en is het volledig waard om volmaaktheid te ontvangen. God en Zijn scheppingen zijn volkomen van Elkaar afhankelijk. Hij is van hen afhankelijk omdat Hij hen volmaakt geschapen heeft. Hij gaf hun Zijn vrede, zodat zij niet aan het wankelen konden worden gebracht noch konden worden misleid. Iedere keer dat je bang bent, ben je misleid en kan jouw denkgeest de Heilige Geest niet dienen. Dit laat jou verhongeren door jou je dagelijks brood te ontzeggen. God is eenzaam zonder Zijn Zonen en zij zijn eenzaam zonder Hem. Zij moeten leren de wereld te zien als een middel om de afscheiding te genezen. De Verzoening is de garantie dat ze uiteindelijk zullen slagen.

 

De keus is aan ons: willen we het ego op ons altaar of de Verzoening? Het ego zet ons aan tot vergeefse pogingen om het ons, los van God, behaaglijk te maken, terwijl de Verzoening ons zegent met de volmaakte behaaglijkheid en het volmaakte vertrouwen waar we als kind van God recht op hebben. Het ego is beledigd door het gemak waarmee Gods middelen voor behaaglijkheid zorgen, terwijl de Verzoening zich erover verheugt dat deze middelen geen enkele inspanning van ons vergen. Het ego trekt ons in een isolement, met alle eenzaamheid die hier het gevolg van is, terwijl de Verzoening ons hart opent voor de communicatie met God. Het ego kwelt ons met angst die geworteld is in misleiding, terwijl de Verzoening ons omhult met een vrede die niet aan het wankelen kan worden gebracht en niet kan worden misleid.

Het goede nieuws is dat we de juiste keuze zullen maken. Waarom? Omdat het altaar in onze denkgeest volmaakt is geschapen en 'het volledig waard is om volmaaktheid te ontvangen'. Wij zijn van onschatbare waarde. Hoe zou een volmaakte denkgeest van onschatbare waarde niet de juiste keuze kunnen maken? We zullen onvermijdelijk de Verzoening op ons innerlijk altaar plaatsen, en de Verzoening is de garantie dat we er uiteindelijk in zullen slagen om de afscheiding te genezen en terug te keren naar God. 

 

Toepassing : Nu volgt een visualisatie van Robert, waarbij gebruik wordt gemaakt van de beelden van deze paragraaf. Je kunt de tekst lezen en tijdens het lezen visualiseren, of, wat nog beter is, de tekst opnemen en afspelen.

(Toelichtingen door Greg Mackie)

 

ALTAAR VAN GOD

 

Breng je gedachten en gevoelens tot rust. Stel je dan voor dat je in een spiegel naar je lichaam kijkt. Kijk vervolgens voorbij je lichaam — voorbij deze fysieke structuur — in het besef dat deze niet belangrijk is, en zie jezelf op reis gaan in je denkgeest.

 

Je loopt naar een plek diep binnenin je denkgeest, naar het innerlijk heiligdom dat je kerndevoties bevat: datgene waaraan je het meest bent toegewijd.

In dat heiligdom zie je een altaar. Misschien is het gemaakt van hout, of van marmer, of van een andere steensoort. Visualiseer het zoals jij het mooi vindt.

 

Toch biedt dit altaar geen mooie aanblik, want het is verontreinigd.

Er liggen allerlei dingen op die jij vereert, en dat zijn vooral dingen van het ego, zoals geld, voedsel, materiële voorwerpen ... al je gewaardeerde bezittingen. Je ziet ook kleine muren van afscheiding, en dingen die je verdedigingen vertegenwoordigen.

 

Voel hoe graag je wilt dat dit altaar schoon is.

Realiseer je dat dit altaar geschapen is door God; dat het van nature volmaakt en heilig is, ongeacht wat jij erop hebt gelegd.

Zeg tegen God: 'Ik wil dat dit altaar heilig is, ik wil dat het alleen aan U is gewijd'.

 

Begin nu alle dingen te verwijderen die op het altaar liggen, die het rommelig maken en verontreinigen.

Gooi het overbodige voedsel en geld weg, alle materiële voorwerpen en bezittingen die je niet echt nodig hebt. Je geeft niet langer om die dingen van de wereld.

Gooi je wapens weg — je verdedigingen, je liefdeloos gedrag, je harde en kritische woorden. Je wilt niemand meer aanvallen.

Gooi alle medailles weg — de symbolen die uitdrukken dat je beter was dan anderen. Je wilt je speciaalheid niet langer vereren.

Gooi de kleine muren van afscheiding weg — alle angstgedachten, oordelen, vergelijkingen. Je wilt niet langer afgescheiden zijn en je terugtrekken.

Kijk ten slotte of er nog andere dingen op het altaar liggen die het verontreinigen.

Als dat zo is, ga dan door met opruimen totdat je altaar volkomen schoon en zuiver is.

 

Kies nu iets dat de Verzoening voor jou symboliseert. Misschien wil je hetzelfde symbool gebruiken als Jezus: een kelk. Maar alles is goed, zolang het een persoonlijke betekenis voor jou heeft.

Plaats dit symbool nu midden op het altaar. Het is het enige waar jij je voortaan aan toe wilt wijden. Het is het enige dat het waard is om op een altaar te staan of te liggen dat zelf van oneindige waarde is. Beide zijn volmaakt.

 

Kniel nu neer letterlijk als dat goed voelt, en anders in gedachten en draag dit altaar op aan God. Herhaal de woorden die je eerder tot Hem sprak: 'Ik wil dat dit altaar heilig is. Ik wil dat het alleen aan U is gewijd'.

(Toelichtingen door Robert Perry)