Hoofdstuk 18

Het voorbijgaan van de droom

IX. De twee werelden

 

1. Er is je gezegd duisternis naar het licht en schuld naar heiligheid te brengen. En er is je eveneens gezegd dat de dwaling bij haar bron moet worden gecorrigeerd. Om die reden heeft de Heilige Geest juist het nietige deeltje van jezelf nodig, de kleine gedachte die afgesplitst en afgescheiden lijkt. De rest is volledig onder Gods hoede, en heeft geen gids nodig. Maar deze wilde waangedachte heeft hulp nodig, want in haar waan denkt ze dat ze de Zoon van God is, heel en almachtig, enig heerser van het koninkrijk dat ze heeft afgezonderd om het op tirannieke wijze door waanzin tot gehoorzaamheid en slavernij te dwingen. Dit is het kleine deel dat jij meent de Hemel te hebben ontstolen. Geef het aan de Hemel terug. De Hemel heeft het niet verloren, maar jij hebt de Hemel uit het zicht verloren. Laat de Heilige Geest het uit het vergane koninkrijk verwijderen waarin jij het afgezonderd hebt, omringd door duisternis, bewaakt door aanval, en versterkt door haat. Binnen zijn barricaden bevindt zich nog steeds een nietig segmentje van Gods Zoon, compleet en heilig, sereen en zich onbewust van wat jij denkt dat het omringt.

 

Duisternis naar het licht brengen en de dwaling bij de bron corrigeren, betekent ons kleine zelf, dat zich geïdentificeerd heeft met het ego het deel dat denkt dat het alles is aan de Heilige Geest geven. Aangezien de afscheiding niet heeft plaatsgevonden is er in werkelijkheid geen ego waarmee we ons kunnen identificeren, en is het zelf slechts een 'kleine gedachte', die ongedaan wordt gemaakt wanneer we haar 'aan de Hemel teruggeven'.

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

2. Wees niet afgescheiden, want Degene die het wel omgeeft heeft jou eenheid gebracht, en jouw geringe gave van duisternis teruggegeven aan het eeuwig licht. Hoe gebeurt zoiets? Dat is uiterst eenvoudig, want het is gebaseerd op wat dit koninkrijkje in wezen is. De dorre zandvlakten, de duisternis en de doodsheid worden alleen door de ogen van het lichaam gezien. Zijn sombere zicht is vervormd, en de boodschappen die het overbrengt aan jou die het gemaakt hebt om je bewustzijn in te perken, zijn gering en begrensd, en dermate versplinterd dat ze geen betekenis hebben.

 

Dit kleine deel teruggeven aan de Hemel is 'uiterst eenvoudig', omdat het nooit is geweest wat het denkt te zijn. Zijn afgescheidenheid is een illusie, die alleen door de ogen van het lichaam wordt gezien. Onze ogen laten ons een beeld zien waarin we eerst omringd zijn door ons eigen lichaam, en vervolgens door een wereld van andere lichamen. De informatie die het lichaam ons geeft bepaalt wat de werkelijkheid is en wat wij zelf zijn. Maar wat als die informatie niet klopt? Als we het lichaam gemaakt hebben om onjuiste informatie te verschaffen? Wat als we op dit moment niet door lichamen zijn omringd, maar door God?

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

3. Vanuit de wereld van lichamen, door krankzinnigheid gemaakt, lijken krankzinnige boodschappen teruggestuurd te worden naar de denkgeest die haar gemaakt heeft. En deze boodschappen getuigen van deze wereld, en verklaren haar waar. Want jij hebt deze boodschappers uitgezonden om dit bij jou terug te brengen. Alles wat deze boodschappen je doorgeven is volstrekt uiterlijk. Er zijn geen boodschappen die spreken van wat onder de oppervlakte ligt, want het lichaam kan hiervan niet spreken. Zijn ogen nemen het niet waar, zijn zintuigen hebben er geen enkele notie van, en zijn tong kan zijn boodschappen niet doorgeven.

 

Het krankzinnige denksysteem van het ego verstrekt informatie die de ogenschijnlijke werkelijkheid van dit systeem ondersteunt, en doet alsof deze informatie onbevooroordeeld en ongecensureerd is. We maakten een onechte wereld en lichamen die getuigen van deze wereld. We ontvangen nooit berichten over wat werkelijk is over het rijk van de geest voorbij de fantasiewereld van lichamen.

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

Maar God kan jou daar wel brengen, als je bereid bent de Heilige Geest door schijnbare verschrikking heen te volgen, en erop vertrouwt dat Hij je niet in de steek laat en jou daar achterlaat. Want het is niet Zijn bedoeling – maar alleen de jouwe – om jou angst aan te jagen. Jij komt ernstig in de verleiding Hem bij de buitenste kring van de angst in de steek te laten, maar Hij wil je er veilig doorheen en ver aan voorbij leiden.

 

4. De cirkel van angst ligt net onder het niveau dat het lichaam ziet, en lijkt het hele fundament te zijn waarop de wereld rust. Hier bevinden zich al de illusies, de vervormde gedachten, de waanzinnige aanvallen, de woede, de wraak en het verraad, die gemaakt werden om de schuld te verankeren, zodat daaruit de wereld kon ontstaan die hem verborgen moest houden.

 

God brengt ons door middel van de Heilige Geest naar het niveau dat voorbij het lichaam ligt.

Daarbij passeren we de volgende niveaus:

1. Het niveau van het lichaam en de fysieke wereld.

2. De cirkel van angst: het niveau van alle vervormde gedachten van aanval, woede, wraak en verraad waar we niet naar durven kijken.

3. De schuld, die door de angst in stand wordt gehouden.

Om niveau 4 te bereiken, het domein van de geest, moeten we allereerst de angst terugbrengen van het lichaam naar de denkgeest, waar hij zich in werkelijkheid bevindt. Vervolgens moeten we alle gedachten van haat en aanval onder ogen zien, zodat we deze los kunnen laten. Dat lijkt zeer angstaanjagend te zijn, maar Jezus noemt het een 'schijnbare verschrikking' omdat de schuld, waaruit deze gedachten voortkomen, niet werkelijk is. We hebben niet gezondigd, we hebben ons niet van God afgescheiden. Zolang we geloven dit wel gedaan te hebben, zijn we bang dat de Heilige Geest ons op dit punt in de steek zal laten vanwege onze zondigheid. Maar door dit te geloven laten wij Hém in de steek. Hij weet dat we zondeloos zijn en zal ons veilig door en voorbij deze fase leiden. En met het loslaten van de angst, verdwijnt ook de oorzaak daarvan: de schuld.

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

Zijn schaduw stijgt voldoende naar de oppervlakte om te zorgen dat zijn meest uitwendige verschijningsvormen in het duister blijven en daar wanhoop en eenzaamheid zaaien, en maken dat het daar vreugdeloos blijft. De intensiteit van de schuld wordt echter versluierd door zijn zware omhulsels, en blijft gescheiden van dat wat werd gemaakt om hem verborgen te houden. Het lichaam kan dit niet zien, want het lichaam ontstond hieruit om hem te beschermen door hem aan het oog te onttrekken. De ogen van het lichaam zullen hem nooit te zien krijgen. Maar ze zullen wel zien wat hij dicteert.

 

Deze tekst schetst een nachtmerrie, maar is uitermate belangrijk omdat hij het verband beschrijft tussen de fysieke wereld (niveau 1) en schuld (niveau 3).

Stel je voor dat je in een theater zit. Voor het podium hangt een dun, jute gordijn. Achter het gordijn bevindt zich een massieve en afschuwelijk misvormde gestalte. Daarachter schijnt een helder licht, dat de schaduw van deze gestalte op het gordijn werpt.

Deze gestalte is schuld en het gordijn met de schaduw is de fysieke wereld. De wereld is gemaakt door schuld die zich verborgen houdt, waardoor we alleen zijn schaduw zien. Deze schaduw ligt over de hele wereld. Het is alle ziekte, lijden, aanval, oorlog, hongersnood, afscheiding, isolement en dood die deze wereld domineren.

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

5. Het lichaam zal de boodschapper van schuld blijven, en zal handelen zoals hij dat bepaalt, zolang jij gelooft dat schuld realiteit is. Want de realiteit van schuld is de illusie die hem zwaar, ondoorzichtig en ondoordringbaar lijkt te maken, en een reëel fundament voor het denksysteem van het ego. Zijn ijlheid en doorzichtigheid zijn niet duidelijk tot je het licht erachter ziet. En dan zie je dat hij een tere sluier is voor het licht.

 

6. Deze schijnzware barrière, deze kunstmatige bodem die wel een rots lijkt, is als een laaghangende donkere wolkenbank die een massieve muur lijkt te vormen voor de zon. Haar ondoordringbare voorkomen is een en al illusie. Ze wijkt zachtjes voor de bergtoppen die erbovenuit rijzen, en heeft niet de minste macht iemand tegen te houden die de wil heeft erbovenuit te klimmen en de zon te zien. Ze is niet sterk genoeg om een speld te stoppen in zijn val, of om een veertje te dragen. Er kan niets op rusten, want het is slechts een illusie van een fundament. Probeer haar maar eens aan te raken en ze verdwijnt; poog haar te grijpen, en je handen houden niets vast.

 

Het lichaam is de boodschapper van schuld, omdat het ons constant boodschappen brengt van de wereld die door schuld is gemaakt. Toch is schuld geen 'zware, ondoorzichtige en ondoordringbare' muur, maar een 'tere sluier', zoals het doorzichtige gordijn in mijn metafoor. En als we er samen met Jezus en de Heilige Geest naar kijken, zullen we zien dat hij in feite nog minder is, namelijk niets ... letterlijk.

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

7. Toch is het makkelijk in deze wolkenbank een hele wereld te zien verrijzen. Een massieve bergketen, een meer, een stad; dit alles verrijst in je verbeelding, en vanaf de wolken komen de boden van jouw waarneming bij je terug, en verzekeren jou dat het er is. Gedaanten komen duidelijk naar voren en bewegen zich in het rond, handelingen lijken echt, en vormen verschijnen en verschuiven van lieftalligheid naar het groteske. En heen en weer gaat het, zolang jij het kinderspel van doen alsof wilt spelen. Maar hoelang jij het ook speelt en hoeveel verbeelding je er ook in stopt, je verwart het niet met de wereld daarbeneden, en probeert het ook niet werkelijk te maken.

 

Alles wat we in de wereld zien zijn slechts vormen in een wolkenbank. We zijn als kinderen die op onze rug in het gras liggen, naar de wolken kijken, en een spel spelen. 'Kijk, ik zie een paard', 'Ik zie een auto', 'Kijk daar, daar loopt iemand'. Op die manier zien we 'een hele wereld verrijzen'. We zien bergen, meren, en steden. We zien gedaanten opstaan, bewegen, van vorm veranderen en verdwijnen. Als volwassene weten we dat dit kinderspel is, dat wolken dampvormig en niet massief zijn. Maar we passen dit inzicht niet toe op de manier waarop we naar de fysieke wereld kijken.

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

8. Zo zou het ook horen te gaan met de donkere wolken van schuld die evenmin ondoordringbaar, en even weinig substantieel zijn. Je zult je er niet aan bezeren wanneer je erdoorheen reist. Laat jouw Gids jou hun niet-substantiële aard leren terwijl Hij jou eraan voorbij leidt, want daaronder bevindt zich een wereld van licht waarop ze geen schaduwen werpen. Hun schaduwen liggen op de wereld achter ze, nog verder weg van het licht. Maar hun schaduwen kunnen niet van ze vandaan vallen naar het licht.

 

Net zoals we weten dat wolken niet ondoordringbaar zijn, en dat de steden en mensen die we daarin zien niet werkelijk zijn, 'zou het ook horen te gaan met de donkere wolken van schuld'. De duizelingwekkende dans van subatomaire deeltjes is in werkelijkheid slechts een manifestatie van de nevelen van schuld. De projectie van schuld werpt schaduwen op een wereld die we ten onrechte aanzien voor de werkelijkheid. Maar deze schaduwen hebben geen effect op de waarheid; ze kunnen het licht niet verduisteren.

We hebben de Heilige Geest nodig om ons door de ego-illusie van schuld te leiden, beginnend in de wereld waar nu al onze aandacht op is gericht, door de cirkel van angst, door de schijnbare wolk van schuld, naar het heldere licht van de werkelijke wereld. Dat de reis waarop Een cursus in wonderen ons meeneemt.

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

9. Deze wereld van licht, deze kring van helderheid is de werkelijke wereld, waar schuld vergeving ontmoet. Hier wordt de buitenwereld met nieuwe ogen gezien, zonder de schaduw van schuld eroverheen. Hier ben je vergeven, want hier heb jij iedereen vergeven. Hier is de nieuwe waarneming, waarin alles helder en stralend van onschuld is, gewassen in de wateren der vergeving, en gezuiverd van iedere slechte gedachte die jij eroverheen hebt gelegd. Hier is er geen aanval op Gods Zoon, en ben jij welkom. Hier ligt jouw onschuld te wachten om jou te kleden en te beschermen, en je gereed te maken voor de laatste stap van je reis naar binnen. Hier worden de donkere en zware gewaden van schuld afgelegd, en met zachtheid vervangen door zuiverheid en liefde.

 

Wanneer we de werkelijke wereld bereiken, 'de kring van helderheid', bevinden we ons nog steeds in de illusoire wereld, maar hebben we de wolk van schuld achter ons gelaten. We weten dat we vergeven zijn. We werpen de 'donkere en zware gewaden van schuld' af en worden gekleed in onschuld. Vanuit deze staat kijken we naar de wereld, en omdat we haar vergeven hebben zien we geen schuld meer.

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

10. Maar zelfs vergeving is niet het einde. Vergeving maakt weliswaar lieflijk, maar ze schept niet. Ze is de bron van genezing, maar slechts de gezant van de liefde, niet de Bron daarvan. Hier word je heengeleid, zodat God Zelf ongehinderd de laatste stap kan zetten, want hier staat niets de liefde in de weg, maar laat haar zichzelf zijn. Een stap voorbij deze heilige plaats van vergeving, een stap die nog verder naar binnen leidt, maar een die jij niet kunt zetten, voert jou naar iets volkomen anders. Hier is de Bron van het licht, waar niets wordt waargenomen, vergeven of herschapen. Maar waar louter wordt gekend.

 

In de werkelijke wereld bereiken we, evenals Jezus, de staat van volmaakte vergeving. Maar zelfs deze staat, hoe schitterend en subliem ook, is niet het einde van onze reis. Ze betekent niet dat we liefde hebben verwezenlijkt. We hebben alleen alle blokkades 'voor het bewustzijn van de aanwezigheid van liefde' verwijderd (TIn.1:7). En nu zijn we klaar voor de laatste stap.

Onze taak is het bereiken van de werkelijke wereld, de wereld van vergeving; de laatste stap wordt door God gezet. Hij brengt ons 'naar iets volkomen anders', voorbij waarneming, voorbij verandering, voorbij vergeving. Alleen hier zullen we de betekenis van liefde kennen.

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

11. Deze cursus zal tot kennis leiden, maar kennis zelf valt nog steeds buiten het bestek van ons leerplan. Ook is het geenszins nodig dat we proberen te spreken over iets wat voor eeuwig noodzakelijkerwijs voorbij alle woorden ligt. We hoeven ons alleen te herinneren dat al wie de werkelijke wereld bereikt – en verder kan het leren niet gaan – daaraan voorbij zal gaan, maar op een andere wijze. Waar het leren eindigt begint God, want het leren eindigt ten overstaan van Hem die totaal is waar Hij begint, en waar geen einde is. Het is niet aan ons stil te blijven staan bij wat niet verworven kan worden. Er is te veel te leren. De gereedheid voor kennis dient eerst nog te worden verworven.

 

Wij praten graag over de Hemel, dat mystieke rijk waar geen beperkingen en grenzen zijn en waar woorden tekortschieten. Veel spirituele wegen leggen daar de nadruk op, maar de Cursus doet dat niet. We moeten niet stil blijven staan bij wat niet verworven kan worden, zegt Jezus. We kunnen alleen 'gereedheid voor kennis' verwerven — en daar hebben we onze handen vol aan. We kunnen dit vergelijken met het verlangen om naar een ver, exotisch land te gaan. Om daar te komen moeten we een vliegticket boeken en naar het vliegveld gaan.

Dan hebben we ons werk gedaan en zal het vliegtuig ons zonder enige inspanning onzerzijds naar onze exotische bestemming brengen. We kunnen eeuwig over de bestemming blijven praten en dromen, en dat kan heel goed voelen. Maar als we niet opstaan uit onze luie stoel en op weg gaan naar het vliegveld, zullen we die bestemming nooit bereiken.

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

12. Liefde wordt niet geleerd. Haar betekenis ligt in haarzelf. En jouw leren eindigt wanneer je hebt ingezien wat ze allemaal niet is. Dat is de belemmering; dat is wat ongedaan moet worden gemaakt. Liefde wordt niet geleerd, want er is nooit een tijd geweest waarin jij haar niet hebt gekend. Leren is nutteloos in de Tegenwoordigheid van je Schepper, wiens erkenning van jou en de jouwe van Hem alle leren zover overstijgt, dat al wat je geleerd hebt zonder betekenis is, en voor eeuwig vervangen is door de kennis van de liefde en haar ene betekenis.

 

Wanneer wij iets leren, benaderen we het van buitenaf en beginnen het geleidelijk te begrijpen. Bij liefde ligt dat anders. 'Haar betekenis ligt in haarzelf'. We kunnen haar niet van buitenaf benaderen en geleidelijkaan gaan begrijpen. We kennen haar volledig of we kennen haar helemaal niet. Het goede nieuws is echter dat we altijd hebben geweten wat liefde is; we moeten ons dat alleen weer herinneren. Daar gaat de hele reis over: ons gereedmaken voor de herinnering van liefde. We maken die reis door middel van vergeving, het loslaten van alles wat liefde blokkeert. Als we dat gedaan hebben zijn we klaar voor de laatste stap, waarin God ons verheft tot Zijn Tegenwoordigheid en we eindelijk zullen weten wat liefde betekent.

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

13. Jouw relatie met je broeder is uit de wereld der schaduwen weggerukt, en haar onheilige bedoeling is veilig door de hindernissen van schuld heen geloodst, met vergeving gereinigd, en is stralend en stevig geworteld in de wereld van het licht gezet. Van daaruit roept ze jou op de koers te volgen die zij genomen heeft, die haar hoog boven het duister heeft uitgetild en zachtjes voor de poorten van de Hemel neergezet. Het heilig ogenblik waarin jij en je broeder werden verenigd is slechts de gezant van de liefde, van voorbij vergeving gezonden om jou te herinneren aan al wat erachter ligt. Toch is vergeving het middel waardoor het zal worden herinnerd.

 

Vergeving is het middel, het heilig ogenblik het moment, en de heilige relatie de weg die ons uit de egowereld van schuld naar de werkelijke wereld leidt, waar we ons voor 'de poorten van de Hemel' bevinden. God Zelf zal die poorten openen en ons de Hemel binnenleiden, waar we weer thuis zijn bij Hem.

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

14. En wanneer de Godsherinnering in de heilige plaats van vergeving tot jou is gekomen, zul jij je niets anders herinneren, en zal de herinnering zelf even nutteloos geworden zijn als leren, want jouw enige doel zal scheppen zijn. Maar dit kun je niet weten voordat alle waarneming gereinigd en gezuiverd, en tenslotte voorgoed opgeheven is. Vergeving heft alleen het onware op, licht de schaduwen van de wereld en draagt die in haar zachtmoedigheid veilig en zeker naar de heldere wereld van een nieuwe en zuivere waarneming. Daar ligt nu jouw doel. En daar wacht jou vrede.

 

Wanneer we ontwaakt zijn in de Hemel, zijn herinneringen overbodig geworden. We hoeven niets meer te onthouden en niets meer te leren, want we zullen volledig opgaan in het uitbreiden van Wat Is, in het uitbreiden van het Koninkrijk door te scheppen.

Maar als we deze staat willen bereiken, moeten we ons eerst bezighouden met de alledaagse taak van het reinigen en zuiveren van elke waarneming door middel van vergeving. Als iemand je vertelt dat er een kortere route is en velen zullen dat doen vraag je dan af of die je echt naar dat vliegveld brengt waar ik het eerder over had, of dat het betekent dat je in je luie stoel blijft zitten dromen over de verre, schitterende bestemming die de Hemel is.

(Toelichtingen door Robert Perry)