Gods rechtvaardigheid

I. De schakel naar de waarheid

 

1. Het kan toch niet moeilijk zijn de taak uit te voeren die Christus voor jou heeft bestemd, want Hij is Degene die het doet. En door die uit te voeren zul je leren dat het lichaam slechts in schijn het middel is dat het doet. Want de Denkgeest is de Zijne. En moet dus ook de jouwe zijn. Zijn Heiligheid leidt het lichaam door middel van de denkgeest die één is met Hem. En jij bent manifest voor je heilige broeder, zoals hij dat is voor jou. Hier vindt de ontmoeting plaats van de heilige Christus met Zichzelf, en worden er geen verschillen gezien die tussen de aspecten van Zijn Heiligheid in kunnen staan, die samenkomen en zich verbinden en Hem tot Zijn Vader verheffen, heel en zuiver, en Zijn eeuwige Liefde waardig.

 

Christus geeft ons een taak om Zijn doel in deze wereld te bereiken. Onze gebruikelijke reactie daarop is: 'Dat is te moeilijk. Dat is te veel. Daar ben ik niet aan toe'. Maar kan het echt moeilijk zijn, als niet wij degenen zijn die het doen, maar Hij? Gods Denkgeest is de Zijne en de Zijne is de onze. Wanneer we onze denkgeest met de Zijne verbinden, stroomt Zijn Heiligheid door onze denkgeest en leidt ons lichaam. Dit doet denken aan een eerdere bespreking over Jezus die ons gedrag onder zijn beheer neemt zodra we ons denken onder zijn leiding plaatsen (zie T2.VI.2:9). Wanneer dit gebeurt wordt Christus niet alleen manifest in onszelf, maar tegelijkertijd in onze broeder. Twee aspecten van de Heiligheid van Christus komen samen en verbinden zich, en 'verheffen Hem tot Zijn Vader, heel en zuiver, en Zijn eeuwige Liefde waardig'.

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

2. Hoe kun jij de Christus in jou manifesteren behalve door naar heiligheid te kijken en Hem daar te zien? De waarneming vertelt jou dat jij manifest bent in wat je ziet. Zie het lichaam, en je zult geloven dat jij daar aanwezig bent. En elk lichaam waar je naar kijkt doet jou denken aan jezelf: aan je zondigheid, je kwaad, en bovenal je dood. En zou je degene die dit jou vertelt niet verachten, en in plaats daarvan zijn dood verlangen? De boodschap en de boodschapper zijn één. En jij moet jouw broeder wel zien als jezelf. Omlijst door zijn lichaam zul je jouw zondigheid zien, waarin jij veroordeeld bent. Gevat in zijn heiligheid, verkondigt de Christus in hem Zichzelf als jou.

 

Jezus vertelt ons keer op keer dat onze missie op aarde het manifesteren van Christus is. Dit klinkt geweldig, zelfs verheven. Maar dan komt de vraag op: Hoe maken we Christus manifest?

Het antwoord is: door Hem te zien in de heiligheid van onze broeder. 'De waarneming vertelt jou dat jij manifest bent in wat je ziet'. Wanneer we naar de heiligheid van onze broeder kijken zullen we Christus in hem zien en beseffen dat we naar ons Zelf kijken. Als we daarentegen alleen naar zijn lichaam kijken, zullen we zijn zondigheid en speciaalheid zien, en herinnerd worden aan onze eigen zondigheid, ons kwaad, en onze dood. Dan zullen we degene die ons hieraan herinnert verachten en de dood toewensen. En dat is het tegenovergestelde van het manifesteren van Christus.

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

3. Waarneming is een keuze over wat jij wilt zijn, over de wereld waarin je wilt leven, en de toestand waarin jij denkt dat jouw denkgeest voldaan en tevreden zal zijn. Ze kiest voor datgene waarin jij meent dat jouw veiligheid ligt, volgens jouw beslissing. Ze openbaart jou aan jezelf, zoals jij jezelf graag hebben wilt. En ze blijft altijd trouw aan jouw doel, waarvan ze zich nooit losmaakt, en ze legt ook niet de geringste getuigenis af over iets wat door het doel in je denkgeest niet wordt gesteund. Waarneming maakt deel uit van wat jij je ten doel stelt te aanschouwen, omdat middel en doel nooit gescheiden zijn. En zo leer jij dat wat een afzonderlijk leven lijkt te leiden, er geen heeft.

 

Ons zelfbeeld en de wereld die we waarnemen zijn het gevolg van een keuze die we in onze denkgeest hebben gemaakt. Als we voor het ego gekozen hebben zullen we een wereld zien van afscheiding, zonde, schuld en straf, en onszelf als een speciaal zelf. De wereld wordt het middel om te bewijzen dat de afscheiding werkelijk is. Kiezen we voor de Verzoening van de Heilige Geest, dan zullen we de wereld zien als een middel om de denkgeest te genezen. Middel en doel zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden, het een — de keuze in de denkgeest — is oorzaak, het ander de projectie van de keuze — is het onvermijdelijke gevolg.

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

4. Jij bent voor God het middel, niet afgescheiden, en evenmin met een leven afzonderlijk van het Zijne. Zijn leven is manifest in jou die Zijn Zoon bent. Elk aspect van Hem is omlijst door heiligheid en volmaakte zuiverheid, en een hemelse liefde zo totaal, dat ze slechts wenst al wat ze aanschouwt tot zichzelf te mogen bevrijden. Haar schittering doorstraalt elk lichaam waarnaar ze kijkt, en veegt al de duisternis daarvan in het licht, alleen door eraan voorbij te kijken naar het licht. De sluier wordt door haar zachtmoedigheid opgelicht, en niets verbergt het gelaat van Christus voor zijn aanschouwers. Jij en je broeder staan nu voor Hem, om Hem de sluier weg te laten trekken die jullie van elkaar afgezonderd en gescheiden lijkt te houden.

 

Als Gods Zoon zijn wij voor Hem het middel dat Hem manifest maakt. Onze ware natuur is omlijst door heiligheid, zuiverheid, en hemelse liefde. Deze liefde in ons is zo totaal dat we iedereen willen bevrijden tot deze alomvattende liefde. Als we voorbij het lichaam van onze broeders naar hun ware natuur kijken, verdwijnt de duisternis van dit lichaam in de schittering van het licht dat het doorstraalt. Dit trekt de sluier weg die het gelaat van Christus verbergt, zodat we de Christus in onszelf en anderen kunnen waarnemen.

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

5. Omdat jij gelooft dat je afgescheiden bent, doet de Hemel zich eveneens als afgescheiden aan jou voor. Niet dat dit in waarheid zo is, maar opdat de schakel die jou is gegeven om je met de waarheid te verbinden jou bereiken kan door middel van wat jij begrijpt. Vader, Zoon en Heilige Geest zijn Eén, zoals al jouw broeders zich als één in de waarheid verbinden. Christus en Zijn Vader zijn nooit afgescheiden geweest, en Christus verblijft in jouw inzicht, in dat deel van jou dat Zijn Vaders Wil deelt. De Heilige Geest verbindt het andere deel – het nietig, dwaas verlangen om afgescheiden, verschillend en speciaal te zijn – met de Christus, om de eenheid duidelijk te maken aan wat in werkelijkheid één is. In deze wereld wordt dit niet begrepen, maar kan het wel worden onderwezen.

 

Als Gods uitbreiding kunnen we niet van Hem afgescheiden zijn, maar in deze wereld kunnen we dat niet begrijpen. Om ons te kunnen onderwijzen moet Jezus daarom tot ons spreken alsof we afgescheiden zijn, niet alleen van God en de Hemel, maar ook van onze broeders.Want dat is hoe wij de werkelijkheid ervaren. De Heilige Geest — 'de schakel die jou is gegeven om je met de waarheid te verbinden' — leert ons het verlangen om speciaal te zijn in te ruilen voor het verlangen om ons gemeenschappelijke doel te herinneren: de herinnering van Christus in onszelf.

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

6. De Heilige Geest dient het doel van Christus in jouw denkgeest, zodat het doel van speciaalheid dáár kan worden gecorrigeerd waar de vergissing ligt. Doordat Zijn doel nog steeds één is met zowel de Vader als de Zoon, kent Hij de Wil van God en wat jij werkelijk wilt. Dit wordt slechts begrepen door een denkgeest die als één wordt gezien, beseft dat hij één is, en ook zo wordt ervaren. Het is de functie van de Heilige Geest jou te leren hoe deze eenheid ervaren wordt, wat jou te doen staat om dit te kunnen ervaren, en waarheen je moet gaan om dat te doen.

 

De Heilige Geest weet wat wij nu nog niet kunnen weten. Hij kent de eenheid van de Hemel; Hij kent Gods Wil en onze eigen ware wil. Het is Zijn taak om vanuit die eenheid in onze denkgeest te komen die gelooft in speciaalheid. Hij leidt ons naar de herinnering van eenheid door ons te vertellen hoe we deze herinnering kunnen bereiken (door het heilig ogenblik), wat we daarvoor moeten doen (vergeven) en waar we dat moeten toepassen (in onze heilige relaties).

(Toelichtingen door Robert Perry)

 

7. Dit alles neemt notitie van tijd en plaats alsof dat losstaande zaken waren, want zolang jij denkt dat een deel van jou afgescheiden is, heeft het denkbeeld van een Eenheid die als Eén verbonden is, geen betekenis. Het is duidelijk dat een denkgeest die zo gespleten is, nooit als Leraar een Eenheid kan onderwijzen die alle dingen verenigt in Zichzelf. En dus moet Wat in deze denkgeest aanwezig is, en alle dingen daadwerkelijk met elkaar verenigt, wel zijn Leraar zijn. Maar Het moet wel gebruikmaken van de taal die deze denkgeest begrijpen kan, in de toestand waarin die denkt te verkeren. En Het moet al het leren gebruiken om illusies naar de waarheid over te brengen, door alle valse ideeën omtrent wat jij bent weg te nemen, en je eraan voorbij te leiden naar de waarheid die daarachter aanwezig is. Dit alles kan heel eenvoudig tot het volgende worden herleid:

 

Wat hetzelfde is kan niet verschillend zijn,

en wat één is kan geen gescheiden delen hebben.

 

Wij kunnen niet onze eigen leraar van eenheid zijn. Die functie is toegewezen aan de Heilige Geest in onze denkgeest. Hij leert ons wat we moeten doen en waarheen we moeten gaan, sprekend alsof er echt zoiets is als verschillende plaatsen en verschillende tijden. Hij spreekt onze taal, hoewel dat niet de Zijne is. Hij benadert ons in de toestand waarin we denken te verkeren, hoewel Hij weet dat onze ware toestand iets heel anders is. Hierdoor leidt Hij ons langs een weg, waarop we langs alle valse beelden van onszelf lopen, totdat we ze uiteindelijk allemaal gepasseerd zijn en de waarheid bereiken die erachter ligt. En dan weten we wat God is, wat de Heilige Geest is, wat Christus is, wat onze broeders zijn, en wat we zelf zijn. Dan beseffen we dat we in deze eenheid geen afgescheiden deel kunnen zijn, maar hetzelfde als al het andere in de Hemel.

(Toelichtingen door Robert Perry)