Hoofdstuk 5
Genezen en heelheid
Inleiding
1. Genezen is gelukkig maken. Ik heb je gezegd eens te bedenken hoe vaak jij de gelegenheid hebt gehad jezelf blij te maken, en hoe vaak je die verworpen hebt. Daarmee wordt jou met andere woorden gezegd dat je de mogelijkheid verworpen hebt jezelf te genezen. Het licht dat jou toebehoort is het licht van vreugde. Stralen wordt niet met verdriet geassocieerd. Vreugde roept een onverdeelde bereidwilligheid op om haar met anderen te delen, en stimuleert de natuurlijke impuls van de denkgeest om als één te reageren. Wie probeert te genezen zonder zelf een en al vreugde te zijn, maakt tegelijkertijd verschillende soorten reacties los, en ontneemt zo anderen de vreugde om onverdeeld te reageren.
Misschien vragen we ons af hoe we in de wereld iemand kunnen genezen. Dat is echter heel eenvoudig — het enige wat het inhoudt is iemand gelukkig maken. Dit impliceert dat ziekte hetzelfde is als ongelukkig zijn. Het is een miskenning van onze geest, niet het slecht functioneren van ons lichaam.
We hebben op elk moment de gelegenheid om vreugde te ervaren. Wanneer we die gelegenheden niet aangrijpen en dat doen we helaas vaak missen we elke keer de kans om onszelf te genezen. In plaats daarvan zouden we ons innerlijk licht kunnen aanvaarden, en daarmee vreugde. Want het innerlijk licht 'is het licht van vreugde'. Wat zou het anders kunnen zijn? Vreugde en verdriet kunnen niet samengaan. 'Stralen wordt niet met verdriet geassocieerd'.
Toepassing : Herhaal vol vreugde de volgende zinnen:
Het licht dat mij toebehoort is het licht van vreugde.
Mijn innerlijke straling is aanstekelijk,
ze schijnt alle verdriet weg.
Wat we voor onszelf aanvaarden beïnvloedt iedereen die we ontmoeten. Als we weigeren vreugdevol te zijn, zal onze somberheid anderen aansteken. Als we daarentegen vervuld zijn van innerlijke licht, zal onze vreugde besmettelijk zijn. Dan genezen we anderen. En terwijl zij met tegenzin ons verdriet overnemen, zullen ze onze vreugde van ganser harte aanvaarden, want alles in hen wil vreugde voelen.
(Toelichtingen door Robert Perry)
2. Om onverdeeld te zijn dien je gelukkig te zijn. Als angst en liefde niet naast elkaar kunnen bestaan, en als het onmogelijk is tegelijk een en al angst te zijn en te blijven leven, dan is de enig mogelijke staat van heelheid die van liefde. Er is geen verschil tussen liefde en vreugde. Daarom is de enig mogelijke staat van heelheid die van een en al vreugde. Genezen ofwel blij maken is daarom hetzelfde als integreren en één maken. Om die reden maakt het ook geen verschil aan welk deel of door welk deel van het Zoonschap de genezing wordt geschonken. Elk deel heeft er baat bij, en wel in gelijke mate.
De eerste vier zinnen zijn een voorbeeld van de logica van Een cursus in wonderen. De eerste en de vierde zin verwoorden de conclusie, de tussenliggende zinnen het argument:
• Angst en liefde kunnen niet naast elkaar bestaan.
Een staat van heelheid kan slechts één van beide bevatten.
• Een staat van louter angst is onmogelijk, die zou je doden.
• De enig mogelijke staat van heelheid is die van liefde.
• Liefde en vreugde zijn hetzelfde.
• Daarom is complete vreugde de enig mogelijke staat van heelheid.
Jezus verklaart hier dat de denkgeest alleen verenigd kan zijn in vreugde. Vreugde laat elk deel van Zoonschap als één reageren. Wanneer je jouw op vreugde gebaseerde genezing aanbiedt, zal elke denkgeest daar ja op zeggen. En op datzelfde moment komen alle denkgeesten samen in de Ene Denkgeest, want dat is ware genezing. Iedereen wint dus bij vreugde, en wel tegelijkertijd.
(Toelichtingen door Robert Perry)
3. Iedere weldadige gedachte van elk van jouw broeders, waar dan ook, zegent jou. Jij dient hen op jouw beurt uit dankbaarheid te willen zegenen. Je hoeft hen niet persoonlijk te kennen, noch zij jou. Het licht is zo sterk dat het door heel het Zoonschap heen straalt en dank brengt aan de Vader voor de vreugde die Hij erover laat uitstralen. Alleen Gods heilige kinderen zijn waardige kanalen voor Zijn schitterende vreugde, omdat alleen zij schitterend genoeg zijn om die te bewaren door die met anderen te delen. Het is voor een kind van God onmogelijk zijn naaste lief te hebben anders dan als zichzelf. Daarom luidt het gebed van de genezer als volgt:
Laat me deze broeder kennen zoals ik mezelf ken.
Toepassing : De eerste zin is verbluffend. Stel je voor dat dit nú gebeurt: in de hele wereld ervaren mensen heilige ogenblikken, heilige ontmoetingen en wonderen. Waar ze zich ook bevinden, hun vreugde straalt door heel het Zoonschap en bereikt jou dus ook. Van over de hele wereld komen op dit moment golven van vreugde naar je toe. Zonder deze golven zou je vanmorgen misschien niet dat 'aha-moment' hebben beleefd, of dat wonder van gisteren, of de leiding de dag daarvóór. Neem even de tijd om in stilte 'dank je wel' te zeggen tegen al deze onbekende broeders.
De zin die begint met 'Alleen Gods Heilige kinderen' is regelrechte poëzie. Ik kan het niet laten om hem keer op keer te lezen. Misschien wil jij dat ook doen?
De laatste zinnen zeggen dat we anderen genezen door van hen te houden. We genezen hen door hen te kennen, dat wil zeggen dat we hun ware essentie als Zoon van God erkennen en ons daarmee verenigen. We kunnen de ander namelijk niet kennen zonder deze waarheid in onszelf te erkennen.
Toepassing : Denk aan iemand die genezing nodig heeft en spreek in gedachten het gebed van de genezer uit: [Naam], laat me jou kennen zoals ik mezelf ken.
Realiseer je dat je bidt om de ware essentie van deze persoon te kennen, die ook de jouwe is. Vertrouw erop dat genezing plaats zal vinden als je hiervoor openstaat.
(Toelichtingen door Robert Perry)