Hoofdstuk 26
De overgang
III. Het grensgebied
1. Complexiteit komt niet van God. Hoe zou dat ook kunnen, wanneer alles wat Hij kent één is? Hij kent één schepping, één werkelijkheid, één waarheid en slechts één Zoon. Niets is met eenheid in strijd. Hoe zou er in Hem dan complexiteit kunnen zijn? Wat valt er te beslissen? Want juist strijd maakt keuze mogelijk. De waarheid is simpel: ze is één, zonder tegendeel. En hoe zou onenigheid in haar eenvoudige tegenwoordigheid kunnen doordringen, en complexiteit brengen waar eenheid heerst? De waarheid maakt geen keuzen, want er is niets waartussen te kiezen valt. En alleen als dat wel zo was, zou kiezen een noodzakelijke stap kunnen zijn in de voortgang naar eenheid. Wat alles is, laat voor niets anders ruimte. Maar zo’n omvang ligt buiten het bestek van dit leerplan. En ook is het niet nodig dat we stil blijven staan bij iets wat niet onmiddellijk te vatten valt.
Omdat God geen complexiteit en conflict kent, is er in Hem niets om te beslissen en hoeven er geen keuzes te worden gemaakt. Dat is volkomen tegengesteld aan onze ervaring hier in de wereld, waar we te maken hebben met een wirwar van vele tegenstrijdige alternatieven. Daarom moeten we keuzes maken. Maar hoe zouden we keuzes kunnen maken als er geen alternatieven zouden zijn? Hoe zouden we beslissingen kunnen nemen als er alleen eenheid zou zijn? Omdat dit voor ons niet te begrijpen is, valt dit buiten het leerplan van deze cursus. Zolang we in deze wereld zijn lijkt de illusie van alternatieven werkelijk te zijn en moeten we dus keuzes maken.
(Toelichtingen door Robert Perry)
2. Er is een grensgebied van denken dat tussen deze wereld en de Hemel ligt. Het is geen plaats, en wannéér je het bereikt, wordt niet door de tijd bepaald. Hier is de ontmoetingsplaats waar gedachten bijeen worden gebracht, waar tegenstrijdige waarden elkaar ontmoeten en alle illusies naast de waarheid worden neergelegd, waar ze als onwaar worden beoordeeld. Dit grensgebied ligt net aan de andere kant van de Hemelpoort. Hier wordt iedere gedachte gezuiverd en tot totale eenvoud gebracht. Hier wordt de zonde afgewezen, en al wat is in plaats daarvan verwelkomd.
Deze alinea introduceert het hoofdthema van deze paragraaf: de werkelijke wereld.
De werkelijke wereld is een soort tussengebied, 'een grensgebied van denken'. Het is een middenweg tussen deze wereld met zijn conflicterende alternatieven, en de Hemel met zijn eenvoudige eenheid. In dit grensgebied ontmoeten de twee grote alternatieven elkaar: de waarheid van de Hemel en de illusies van de wereld. Wanneer ze elkaar ontmoeten worden illusies onthuld als illusies en niets anders, en blijft dus alleen de waarheid. In de werkelijke wereld zijn onze gedachten niet langer complexe mengsels van licht en donker, maar worden ze 'gezuiverd en tot totale eenvoud gebracht', omdat ze nog alleen de op eenheid gebaseerde waarheid bevatten.
(Toelichtingen door Robert Perry)
3. Dit is het eind van de reis. We hebben die aangeduid als de werkelijke wereld. En toch ligt hier een tegenstrijdigheid, in die zin dat de woorden een beperkte werkelijkheid veronderstellen, een gedeeltelijke waarheid, een segment van het universum dat tot waarheid is gemaakt. Dit komt doordat kennis geen aanval op de waarneming onderneemt. Ze worden bijeengebracht, en slechts één gaat verder voorbij de poort waarachter Eenheid is. Verlossing is een grensgebied waar plaats en tijd en keuze nog steeds betekenis hebben, terwijl toch kan worden gezien dat ze tijdelijk zijn, niet op hun plaats, en dat iedere keuze al is gemaakt.
Hoe kan er een grensgebied zijn tussen niets en alles? Dat is het raadsel dat in deze alinea wordt behandeld. Denk aan de term 'werkelijke wereld'. In de taal van de Cursus is dat hetzelfde als 'werkelijke illusie', wat volslagen onlogisch is. Maar er is een verklaring voor: de werkelijke wereld is een plaats waar werkelijk en onwerkelijk elkaar ontmoeten. 'Ze worden bijeengebracht, en slechts één gaat verder voorbij de poort waarachter Eenheid is'. De werkelijke wereld is dus de plaats waar illusies ongedaan worden gemaakt. We leven daar nog steeds met het concept van plaats, maar we zien dat het concept zelf niet op zijn plaats is. We denken nog steeds dat de tijd alles regeert, maar we zien dat de tijd zelf tijdelijk is. We denken nog steeds dat we keuzes moeten maken, maar beseffen 'dat iedere keuze al is gemaakt'.
(Toelichtingen door Robert Perry)
4. Niets van wat Gods Zoon gelooft kan worden vernietigd. Maar wat voor hem waarheid is moet naar de laatste vergelijking worden gebracht die hij ooit zal maken, de laatste waardebepaling die mogelijk is, het eindoordeel over deze wereld. Het is het oordeel van de waarheid over de illusie, van kennis over de waarneming, en het luidt: ‘Ze heeft geen betekenis, en bestaat niet.’ Dit is niet jouw beslissing. Het is slechts een simpele vaststelling van een simpel feit. Maar in deze wereld zijn er geen simpele feiten, omdat onduidelijk blijft wat hetzelfde en wat verschillend is. Het enige wat essentieel is om überhaupt een keuze te kunnen maken is dit onderscheid. En hierin schuilt het verschil tussen deze werelden. In deze hier is kiezen onmogelijk gemaakt. In de werkelijke wereld is keuze vereenvoudigd.
Wat er gebeurt in de werkelijke wereld lijkt op het Laatste Oordeel, het proces waarin onze illusies naast de waarheid worden gelegd en verdwijnen. We zouden voortdurend bezig moeten zijn met dit proces, maar momenteel zijn we daar niet zo goed in. Wanneer wij illusies en waarheid naast elkaar leggen en ons afvragen welke van de twee waar is, denken we vaak: 'geef me even wat tijd, want dat is niet zo eenvoudig'. We denken dat het onze taak is om één van de twee als waar te benoemen, in plaats van te erkennen welke al waar ís. In de werkelijke wereld is de keuze echter eenvoudig en duidelijk. Het is zo helder als glas, en we beseffen dat ídit lang geleden al door God is vastgesteld.
(Toelichtingen door Robert Perry)
5. De verlossing stopt vlak voor de Hemel, want alleen waarneming heeft verlossing nodig. De Hemel was nooit verloren, en kan dus niet worden verlost. Wie kan echter een keuze maken tussen het verlangen naar de Hemel en het verlangen naar de hel, tenzij hij inziet dat ze niet hetzelfde zijn? Dit verschil is het leerdoel dat deze cursus zich heeft gesteld. Hij zal niet voorbij dit doelwit gaan. Zijn enige bedoeling is te onderwijzen wat gelijk is en wat verschilt, waardoor er ruimte wordt gelaten om de enige keuze te maken die kan worden gemaakt.
Deze alinea legt uit waarom we de keuze tussen waarheid en illusie zo moeilijk vinden: we kunnen ze niet uit elkaar houden. Voor ons is het hetzelfde als het verschil zien tussen diamant en zirkonium, terwijl we geen diamantexpert zijn en het donker is. Geen onderscheid kunnen maken tussen waarheid en illusie is hetzelfde als geen onderscheid kunnen maken tussen het verlangen naar de Hemel en het verlangen naar de hel. We lijken op een alcoholist die ervan overtuigd is dat zijn verlangen naar drank het verlangen naar de hemel is, niet naar de hel, terwijl iedereen om hem heen weet dat het andersom is. Daarom is het doel van de Cursus ons het verschil tussen beide te leren. Als we dat eenmaal geleerd hebben, weten we wat de enige keuze is die we kunnen maken.
(Toelichtingen door Robert Perry)
6. Er bestaat in deze complexe en overgecompliceerde wereld geen basis voor een keuze. Want niemand begrijpt wat hetzelfde is, en men lijkt te kiezen waar in werkelijkheid geen keuze is. De werkelijke wereld is het gebied waar keuze tot werkelijkheid is gemaakt, niet wat het resultaat betreft, maar wel in de waarneming van de keuzemogelijkheden. Dat er keuze is, is een illusie. Maar in deze ene ligt het ongedaan maken van iedere illusie, deze niet uitgezonderd.
In deze wereld lijkt kiezen op een absurd spel, waarin een erwt verstopt ligt onder een aantal walnootschalen. We hebben geen idee onder welke schaal de erwt ligt, dus daar kunnen we alleen maar naar raden. In de werkelijke wereld is dat veel eenvoudiger: er zijn slechts twee schalen — waarheid en illusie — die gemaakt zijn van helder glas. We kunnen dus gewoon zien onder welke schaal de erwt ligt. Onder de andere schaal ligt niets, dus we weten dat dat de illusie is. We beseffen ook dat dat deze schaal er nooit is geweest, want de waarheid is alles wat er is. In feite is keuze zelf dus een illusie, want er zijn geen alternatieven. Maar we hebben deze ene keuze nodig om alle illusies ongedaan te maken, inclusief de illusie van keuze zelf.
(Toelichtingen door Robert Perry)
7. Is dit niet zoals je speciale functie, waarin de afscheiding ongedaan wordt gemaakt door een wijziging van doel in wat eens speciaalheid was en nu vereniging? Alle illusies zijn er slechts één. En in het inzicht dat dit zo is, ligt het vermogen om alle pogingen op te geven om ertussen te kiezen, en ze verschillend te maken. Hoe simpel is de keuze tussen twee dingen die zo duidelijk ongelijk zijn! Hier is geen conflict. En er kan geen sprake zijn van een offer bij het loslaten van een illusie die als zodanig wordt herkend. Kan het moeilijk zijn datgene te laten varen wat nooit waar was en waaraan alle werkelijkheid onttrokken werd, en te kiezen voor wat waar moet zijn?
Wat Jezus zegt over kiezen is hetzelfde als wat hij zei over onze speciale functie (T25.VI.4). Speciaalheid is het ultieme middel ter afscheiding, maar de Heilige Geest stelt haar in dienst van de eenheid en gebruikt haar dus om de afscheiding ongedaan te maken. Datzelfde gebeurt met keuze. Keuze is een illusie die beslist tussen twee illusies. Maar de Heilige Geest gebruikt haar om te kiezen voor waarheid en dus alle illusies ongedaan te maken. Dit is weer een voorbeeld van de manier waarop de Heilige Geest alles wat wij gemaakt hebben — dus alle illusies — gebruikt voor de waarheid. Als we zouden erkennen dat illusies illusies zijn, zou kiezen uitermate gemakkelijk zijn. Maar we realiseren ons niet dat er slechts onder één walnootschaal iets ligt en dat er geen andere is. Als we dat zouden inzien, zou kiezen niet meer nodig zijn.
(Toelichtingen door Robert Perry)