Hoofdstuk 6
De lessen van de Liefde
'
I. De boodschap van de kruisiging
1. Laten we de kruisiging eens opnieuw bekijken, met het doel ervan te leren. Ik heb hier eerder niet over uitgeweid vanwege de angstige associaties die je er misschien bij hebt. Het enige wat tot dusver werd beklemtoond is dat het geen vorm van straf was. Niets kan echter alleen in negatieve termen worden uitgelegd. Er is een positieve interpretatie van de kruisiging die volkomen vrij is van angst, en daarom volkomen heilzaam in wat ze leert, mits juist verstaan.
Hier begint Jezus aan zijn heroverweging van de kruisiging. Hij heeft dit al vrij hartstochtelijk besproken in de eerste alinea's van 'Verzoening zonder offer' (T3.1), maar het enige wat hij daar deed was het ontkennen van de 'angstige associaties' ermee. Eeuwenlang hebben we Jezus onder tranen bedankt voor het grote offer dat hij voor ons heeft gebracht, en na al die tijd verklaart hij dat we het helemaal verkeerd zien; dat hij met de kruisiging niet de straf voor de zonden van de mensheid op zich nam om een boze God tevreden te stellen.
Hij heeft ons dus verteld wat de kruisiging niet betekent. Nu vertelt hij ons wat deze wel betekent.
(Toelichtingen door Robert Perry)
2. De kruisiging is een extreem voorbeeld, meer niet. Haar waarde ligt, zoals de waarde van elk leermiddel, uitsluitend in het soort leerproces dat ze vergemakkelijkt. Ze kan verkeerd worden begrepen, en is dat ook. Dat komt alleen doordat wie angstig is, geneigd is angstig waar te nemen. Ik heb je al gezegd dat jij steeds een beroep op mij kunt doen om mijn beslissing te delen en die aldus te versterken. Ik heb je ook gezegd dat de kruisiging de laatste zinloze reis was die het Zoonschap moest maken, en dat ze voor ieder die haar begrijpt bevrijding van angst betekent. Terwijl ik eerder alleen op de opstanding ben ingegaan, werd de bedoeling van de kruisiging, en hoe die in wezen tot de opstanding leidde, niet duidelijk gemaakt. Niettemin heeft ze aan je eigen leven een uitgesproken bijdrage te leveren, en als je daarover zonder angst wilt nadenken, zal dat jou helpen je eigen rol als leraar te begrijpen.
De manier waarop Jezus naar de kruisiging kijkt, verschilt volkomen van de traditionele zienswijze, die de kruisiging ziet als een eenmalige overeenkomst met God, waarin betaald werd voor de zonden van de mensheid. Hier wordt de kruisiging niet meer dan 'een extreem voorbeeld' genoemd, een leermiddel. Deze twee uitdrukkingen wijzen op een fundamenteel andere zienswijze dan de traditionele. In plaats van een ritualistische transactie, die het doel had Gods Denkgeest te veranderen, heeft de kruisiging niets met God te maken. Het was een openbare vertoning, die het doel had onze denkgeest te veranderen. Het was geen magische daad die onze status in Gods ogen moest veranderen, maar een voorbeeld dat we moeten volgen en waarvan we moeten leren. De kruisiging vertegenwoordigt een beslissing die we moeten delen. Ons ego heeft er echter precies hetzelfde mee gedaan als met de Bijbelverzen in T5.VI. Het heeft de gebeurtenis geïnterpreteerd als iets angstaanjagends, als het bewijs van een God die ons wit straffen voor onze zonden. Het ego heeft dus weer het eerst gesproken. Maar de Heilige Geest biedt ons nu een andere interpretatie.
(Toelichtingen door Robert Perry)
3. Jarenlang heb je waarschijnlijk gereageerd alsof je werd gekruisigd. Dit is een typische neiging van de afgescheidenen, die altijd weigeren na te gaan wat ze zichzelf hebben aangedaan. Projectie betekent woede, woede kweekt geweld, en geweld bevordert angst. De werkelijke betekenis van de kruisiging ligt in de ogenschijnlijke intensiteit van de gewelddaad van enkele van de Zonen van God tegen een andere. Dit is uiteraard onmogelijk en dat dit onmogelijk is moet ten volle worden begrepen. Anders kan ik niet als leermodel dienst doen.
Dit is een andere versie van de eerste alinea van de Inleiding op dit hoofdstuk. We projecteren de verantwoordelijkheid voor onze eigen afgescheiden toestand op anderen. Deze beschuldiging zet anderen ertoe aan ons aan te vallen — 'woede kweekt geweld'. En dat maakt ons bang — 'geweld bevordert angst'. We lijken omringd te zijn door mensen die ons willen kruisigen en die dus verantwoordelijk zijn voor onze ellende. Maar we geven hen alleen de schuld van wat we onszelf aandoen.
De kruisiging was bedoeld om juist deze situatie te corrigeren; om een extreme spiegel te zijn voor de toestand waarin we onszelf zien: iemand die omsingeld is door kwaadwillende aanvallers. Jezus presenteert hier een andere reactie op deze situatie, een reactie waarin aangevallen worden als onmogelijk wordt gezien. Dat is de manier waarop Jezus fungeert als ons leermodel. In plaats van zijn schijnbare keuze na te volgen om zichzelf te laten kruisigen voor een hoger doei, moeten we zijn keuze navolgen om zichzelf te zien als onkwetsbaar voor kruisiging.
(Toelichtingen door Robert Perry)
4. Een gewelddaad kan per slot alleen tegen het lichaam worden gericht. Het lijdt weinig twijfel dat het ene lichaam het andere kan aanvallen, en zelfs vernietigen. Maar als vernietiging op zichzelf onmogelijk is, kan iets wat vernietigbaar is niet werkelijk zijn. De vernietiging ervan rechtvaardigt dus geen woede. In de mate waarin je gelooft dat dit wel zo is, neem jij valse uitgangspunten aan en onderwijs je die aan anderen. De boodschap die de kruisiging wilde uitdragen was dat het onnodig is in vervolging enige vorm van geweld te bespeuren, omdat je niet kunt worden vervolgd. Als jij met woede reageert, moet dit wel betekenen dat je jezelf gelijkstelt aan het vernietigbare en dat je jezelf dus op een waanzinnige manier bekijkt.
Aangezien we een vormeloze en grenzeloze denkgeest zijn, kunnen we niet worden aangevallen. Alleen vorm kan worden aangevallen en verwond. Daarom kan alleen het lichaam worden aangevallen. Als denkgeest zijn we onkwetsbaar.
Het lichaam is echter niet werkelijk, en zijn vernietiging kan dus evenmin werkelijk zijn. 'De vernietiging ervan rechtvaardigt dus geen woede'. Wat een zin! Dit betekent dat het niet gerechtvaardigd is om je zelfs maar een klein beetje te ergeren over iemand die je lichaam vermoordt. Als je dat wel bent, geloof je dat je dat je een Lichaam bent, wat betekent 'dat je jezelf dus op een waanzinnige manier bekijkt', en deze waanzin onderwijst aan anderen. En van dit onderwijs hebben we een fulltime job gemaakt.
De kruisiging was bedoeld om ons een radicaal alternatief te laten zien. Jezus wist dat hij niet een lichaam was en dat zijn denkgeest onaantastbaar was. Vanuit deze zienswijze werd hij dus niet aangevallen, ook al werd zijn lichaam vermoord. Hem werd niets aangedaan.
(Toelichtingen door Robert Perry)
5. Ik heb volkomen duidelijk gemaakt dat ik ben zoals jij en dat jij bent zoals ik, maar onze fundamentele gelijkheid kan alleen via een gezamenlijke beslissing worden gedemonstreerd. Het staat jou vrij, zo je wilt, jezelf waar te nemen alsof je wordt vervolgd. Maar wanneer jij ervoor kiest op die manier te reageren, wil je misschien bedenken dat ik naar het oordeel van de wereld werd vervolgd, en deze beoordeling zelf niet deelde. En omdat ik die niet deelde, heb ik die niet versterkt. Ik heb dan ook een andere interpretatie van het fenomeen aanval aangereikt, een die ik met jou wil delen. Als jij erin wilt geloven, help je mij die te onderwijzen.
Jezus vertelt je dat hij en jij gelijk zijn, maar dat deze gelijkheid alleen wordt gedemonstreerd wanneer je dezelfde keuze maakt als hij. Hoe doe je dat? Door, als je je aangevallen voelt, te denken aan wat hij demonstreerde aan het kruis. Hij voelde zich niet aangevallen. Als je deze waarneming met hem kunt delen, ontkracht je het wereldwijde geloof in kwetsbaarheid voor aanval. 'Omdat ik die niet deelde, heb ik die niet versterkt'.
Dan help je hem de werkelijke boodschap van de kruisiging aan de wereld te onderwijzen: als denkgeest zijn we immuun voor aanval.
Toepassing : Denk aan een situatie waarin je je op de een of andere manier vervolgd of aangevallen voelde. Sta dan stil bij deze zinnen:
Laat ik mij herinneren wat Jezus demonstreerde in de kruisiging.
Net als hij weiger ik mijzelf als aangevallen te zien.
Ik voeg me bij hem in deze beslissing, en daarom versterk ik deze.
Ik help hem de wereld te onderwijzen dat we immuun zijn voor aanval.
(Toelichtingen door Robert Perry)
6. Zoals ik al eerder heb gezegd: ‘Zoals je onderwijst, zo zul je leren.’ Als je reageert alsof je vervolgd wordt, onderwijs je vervolging. Zo’n les moet een Zoon van God niet wensen te onderwijzen, wil hij zijn eigen verlossing verwezenlijken. Onderwijs liever je eigen volmaakte onschendbaarheid, wat de waarheid in jou is, en besef dat die niet belaagd kan worden. Probeer die niet zelf te beschermen, of anders geloof jij dat ze wel kan worden belaagd. Van jou wordt niet gevraagd je te laten kruisigen; dat was een deel van míjn bijdrage aan het onderricht. Van jou wordt alleen gevraagd mijn voorbeeld te volgen wanneer je geconfronteerd wordt met veel minder extreme verleidingen om verkeerd waar te nemen, en ze niet te accepteren als valse rechtvaardiging voor woede. Er kan geen rechtvaardiging zijn voor wat niet te rechtvaardigen valt. Geloof niet dat die er is, en onderwijs dat evenmin. Onthoud altijd dat je zult onderwijzen wat je gelooft. Deel mijn geloof en we zullen als leraar gelijkwaardig worden.
Let op het terugkerende trio van geloven, onderwijzen en leren.
'Deel mijn geloof': geloof evenals Jezus dat je volmaakt immuun bent voor aanval, en daarom nooit een reden hebt voor woede. Volg bij je dagelijkse kleine kruisigingen het voorbeeld dat hij heeft gegeven met zijn veel extremere kruisiging.
'Onderwijs je eigen volmaakte onschendbaarheid': onderwijs anderen jouw geloof dat je niet kunt worden aangevallen. Hoe? Door bij een aanval vrij te blijven van woede en je niet te verdedigen. Door je geloof met Jezus te delen, kun je een even krachtige leraar zijn als hij: 'we zullen als leraar gelijkwaardig worden'. Wat een geweldige belofte!
'Zoals je onderwijst, zo zul je leren': wanneer je onderwijst dat je volmaakt onschendbaar bent, zul je leren dat je ware Zelf de bedreigingen van ruimte en tijd overstijgt. Dan leer je dat je verlost bent.
(Toelichtingen door Robert Perry)
7. Je opstanding is je herontwaken. Ik sta model voor wedergeboorte, maar wedergeboorte zelf is niets anders dan dat datgene in je denkgeest daagt wat zich daar al bevindt. God Zelf heeft het daar geplaatst, en dus is het voor eeuwig waar. Ik heb erin geloofd, en het daarom als waar voor mij aanvaard. Help me het in de naam van het Koninkrijk Gods aan onze broeders te leren, maar geloof eerst dat het voor jou waar is, anders zul je verkeerd onderwijzen. Mijn broeders sliepen tijdens de zogenaamde ‘zielestrijd in de hof’, maar ik kon niet boos op hen zijn omdat ik wist dat ik niet in de steek gelaten kon worden.
Deze alinea beschrijft in feite hoe Jezus de opstanding heeft bereikt en hoe wij die kunnen bereiken. De opstanding is het uitstijgen boven alle beschadigende stromingen van deze wereld. Het is de volledige verwezenlijking van onze volmaakte immuniteit. Het is het dagen van datgene wat zich al in onze denkgeest bevindt. Jezus heeft ons nodig om te onderwijzen dat deze volmaakte onschendbaarheid zich in ieder van ons bevindt. Maar om het te kunnen onderwijzen, moeten we het eerst zelf geloven. Want we onderwijzen het 't krachtigst door ons voorbeeld, niet door onze woorden, net zoals Jezus het onderwees door het zijne.
Het laatste deel van deze alinea maakt duidelijk dat hij dit niet alleen deed door de kruisiging, maar ook door de gebeurtenissen die daaraan voorafgingen. Hij onderwees het in de Hof van Olijven, door niet in doodsangst te verkeren over het lot dat hem te wachten stond. Hij wist dat dit slechts een leermoment was voor zijn broeders. Hij onderwees het eveneens door niet boos te zijn op zijn leerlingen omdat ze hem in de steek lieten. En hij onderwees het door Petrus' aanbod af te slaan om hem met het zwaard te verdedigen. Hij wist dat het beschermen van zijn lichaam niet nodig was, omdat zijn werkelijkheid eeuwig veilig was.
(Toelichtingen door Robert Perry)
8. Ik betreur het als mijn broeders mijn beslissing om maar één Stem te horen niet met me delen, omdat dit hen als leraar en als leerling verzwakt. Toch weet ik dat ze noch zichzelf noch mij echt kunnen verraden, en dat ik nog altijd op hen mijn kerk moet bouwen. Hierin is geen keuze, omdat alleen jij de fundering van Gods kerk kunt zijn. Een kerk is daar waar een altaar is, en het is de aanwezigheid van een altaar die de kerk heilig maakt. Een kerk die niet tot liefde inspireert heeft een verborgen altaar dat niet het doel dient waarvoor God het heeft bestemd. Ik moet Zijn kerk op jou grondvesten, omdat zij die mij als voorbeeld nemen letterlijk mijn discipelen zijn. Discipelen zijn volgelingen, en als het voorbeeld dat ze volgen ervoor gekozen heeft hun in elk opzicht pijn te besparen, doen ze er onverstandig aan hem hierin niet te volgen.
De eerste zinnen verwijzen naar Jezus' leerlingen die hem in de Hof van Olijven in de steek lieten, en naar Petrus die hem tijdens zijn verhoor ontkende. Zijn reactie is prachtig: 'Ik betreur het als ze dit doen niet omwille van mijzelf, maar omwille van hen, omdat dit hen verzwakt. Toch kunnen ze mij niet werkelijk verraden, en ik blijf afhankelijk van hen als de fundering van mijn kerk'. Voel je de diepgaande vergeving in deze woorden?
De opmerkingen over het bouwen van zijn kerk zijn fascinerend. Hij zegt dat het werkelijke fundament van zijn kerk bestaat uit volgelingen die de waarachtige innerlijke toewijding bezitten (een altaar symboliseert onze innerlijke toewijding) om hem te volgen als hun leermodel. De christelijke kerk is echter niet gegrondvest op toewijding aan Jezus als leermodel, maar op het geloof in hem als verlosser. Wat Jezus 'mijn kerk' noemt, kan dus niet de christelijke kerk zijn. Zijn kerk moet een onzichtbare gemeenschap zijn, een gemeenschap zonder muren, samengesteld uit degenen die werkelijk proberen zijn onderwijs te volgen. Jezus roept ons op om niet alleen deel uit te maken van deze kerk, maar om er de pijlers van te zijn. Geef jij gehoor aan deze oproep?
(Toelichtingen door Robert Perry)
9. Ik heb er omwille van jou en mij voor gekozen te laten zien dat de meest buitensporige gewelddaad, zoals het ego dat ziet, niets te betekenen heeft. Zoals de wereld deze zaken beoordeelt, maar niet zoals God ze kent, werd ik verraden, verlaten, geslagen, uiteengereten en tenslotte gedood. Het was duidelijk dat dit alleen geschiedde op grond van de projectie van anderen op mij, aangezien ik niemand kwaad had gedaan en velen had genezen.
Dit is een prachtige samenvatting van de boodschap van de kruisiging: 'laten zien dat de meest buitensporige gewelddaad ..... niets te betekenen heeft'. Verderop zegt Jezus: 'Onderken wat niet van belang is, en als je broeder jou iets 'ongehoords' vraagt, doe het dan omdat het niet van belang is' (T12.III.4:1). Is het ooit bij je opgekomen dat de kruisiging 'de meest buitensporige gewelddaad' — het ultieme voorbeeld is van zijn onderwijs?
Let ook op de opmerking over projectie. Degenen die hem kruisigden waren betrokken bij het proces dat eerder beschreven werd (zie In.1 en I.3). Door hun geprojecteerde woede zagen ze Jezus als hun aanvaller, als een bedreiging, als iemand waar ze bang voor moesten zijn, hoewel niets van dat alles waar was.
(Toelichtingen door Robert Perry)
10. Als leerlingen zijn we nog steeds gelijk, hoewel we geen gelijke ervaringen hoeven te hebben. De Heilige Geest is blij als jij van de mijne kunt leren en daardoor herontwaakt. Dat is de enige bedoeling ervan, en dat is de enige manier waarop ik als de weg, de waarheid en het leven kan worden gezien. Wanneer je maar één Stem hoort wordt er nooit een offer van jou gevraagd. Integendeel, doordat je in staat bent de Heilige Geest in anderen te horen, kun je van hun ervaringen leren en kun jij daar baat bij hebben zonder ze zelf rechtstreeks te ondergaan. Dat komt doordat de Heilige Geest één is, en iedereen die luistert er onvermijdelijk toe geleid wordt Zijn weg te demonstreren ten behoeve van allen.
Hoewel we gelijk zijn als leerlingen, hoeven we niet alle ervaringen door te maken waar Jezus zelf van heeft geleerd. Godzijdank! Wanneer we bereid zijn om naar de Heilige Geest in onszelf te luisteren, kunnen we Hem ook horen in anderen, en van hun ervaringen leren zonder deze zelf te moeten ondergaan. Dat is de enige waarde van mijn ervaringen, zegt Jezus. Het waren demonstraties waar we van kunnen leren. Hij is niet de weg, de waarheid en het leven omdat zijn bloed het gordijn van de tempel in tweeën scheurde (Mattheus 27:50-51), en daarmee de toegang tot God opende, maar omdat hij een effectieve demonstrant was.
(Toelichtingen door Robert Perry)
11. Jij wordt niet vervolgd, net zomin als ik dat werd. Er wordt jou niet gevraagd mijn ervaringen te herhalen, omdat de Heilige Geest, die we met elkaar delen, dit overbodig maakt. Om mijn ervaringen constructief te kunnen gebruiken, moet je echter nog steeds de manier waarop ik ze heb waargenomen tot je voorbeeld nemen. Mijn en jouw broeders zijn constant bezig met het rechtvaardigen van wat niet te rechtvaardigen valt. Mijn enige les, die ik moet onderwijzen zoals ik die heb geleerd, is dat geen enkele waarneming die niet met het oordeel van de Heilige Geest overeenstemt gerechtvaardigd kan worden. Ik heb op me genomen te laten zien dat dit in een extreem geval waar was, alleen opdat het als een goed leermiddel zou dienen voor hen voor wie de verleiding om toe te geven aan woede en geweld niet zo extreem zou zijn. Ik wil met God dat geen van Zijn Zonen lijden zal.
Om te kunnen leren van Jezus' ervaringen, moet we ze hetzelfde zien als hij. We moeten de kruisiging niet zien als een oproep tot martelaarschap, maar als een demonstratie die ons leert dat zelfs met betrekking tot de meest extreme vervolging boosheid en vergelding niet gerechtvaardigd zijn, omdat de vervolging niet werkelijk is. Jezus blijft herhalen dat het gaat om een 'extreem voorbeeld' (2:1), 'de meest buitensporige gewelddaad, zoals het ego dat ziet' (9:1), 'een extreem geval' (11:6), en 'de ogenschijnlijke intensiteit van de gewelddaad' (3:4).
Waarom legt hij zoveel nadruk op deze extremiteit? Omdat wij denken dat zijn principes op een bepaald niveau niet meer toepasbaar zijn. Zijn doel is ons te laten zien dat zijn boodschap altijd geldt, zelfs in de meest extreme aanval die wij ons voor kunnen stellen. En als ze op dat niveau geldt, dan is ze zeker toepasbaar op de veel lagere niveaus waar we mee geconfronteerd worden. Het overbrengen van deze boodschap is het enige doel van de kruisiging.
(Toelichtingen door Robert Perry)
12. De kruisiging kan niet met anderen worden gedeeld, omdat ze het symbool is van projectie, maar de opstanding is het symbool van met elkaar delen, omdat het herontwaken van iedere Zoon van God noodzakelijk is om het Zoonschap in staat te stellen zijn Heelheid te kennen. Alleen dit is kennis.
Om deze korte alinea te kunnen begrijpen, heb ik een aantal gerelateerde passages verzameld: T7.VIII.3:2; T11.VI.2:1, 4:9; T19.IV.D.17:5; T20.I.2:9. Volgens mij zegt Jezus het volgende:
'Ik kan de kruisiging niet met je delen, want dat was slechts een projectie: de projectie van schuld en straf van anderen op mij. Maar de opstanding kan ik wel met je delen, omdat dit een ervaring is die iedereen kan en moet beleven. Alleen als iedereen herontwaakt is, kan het Zoonschap zijn Heelheid kennen. Alleen dat is kennis'.
(Toelichtingen door Robert Perry)
13. De boodschap van de kruisiging is volmaakt duidelijk:
Onderwijs louter liefde, want dat is wat jij bent.
Misschien kende je deze zin al, maar wist je ook dat dit de Cursus-interpretatie is van de kruisiging? En wat een originele interpretatie! Alleen Jezus kan zoiets bedenken. Wij kijken naar het kruis en zien alleen bloed en wonden. Hij ziet, ondanks het bloed en de wonden, alleen zijn liefde. Hij heeft ons op deze interpretatie voorbereid, door te zeggen dat woede waanzinnig is, zelfs als het lichaam wordt vernietigd, dat de waarheid in ons onaantastbaar is, dat onze reacties laten zien welk denksysteem we koesteren, en dat niets, dat in strijd is met de Heilige Geest, gerechtvaardigd is. Nu giet hij dit alles in een nieuwe, geconcentreerde vorm: hoe extreem een aanval ook lijkt te zijn, onderwijs louter liefde, want dat is de waarheid in jou. In één adem heeft hij de kruisiging veranderd van een mythologische daad omwille van diepzinnige theologische gevolgen, naar een radicale uitdaging voor onze reactie op een aanvallende wereld. Het is de bedoeling dat we bij elke aanval aan deze onsterfelijke woorden denken: 'Ik onderwijs louter liefde, want dat is wat ik ben'.
(Toelichtingen door Robert Perry)
14. Als je de kruisiging op enige andere manier interpreteert, gebruik je haar eerder als een aanvalswapen dan als de oproep tot vrede waarvoor ze was bedoeld. De apostelen hebben haar vaak verkeerd begrepen, en wel om dezelfde reden waarom wie dan ook haar verkeerd begrijpt. Hun eigen onvolmaakte liefde maakte hen vatbaar voor projectie, en vanuit hun eigen angst spraken ze van ‘de toorn Gods’ als Zijn vergeldingswapen. Ook konden ze niet geheel zonder kwaadheid over de kruisiging spreken, omdat hun schuldgevoel hen kwaad had gemaakt.
De traditionele interpretatie gebruikt de kruisiging als een aanvalswapen, in plaats van een oproep tot vrede. Is dat immers niet wat het geworden is? Een aanval op de Joden die verantwoordelijk werden geacht; een aanval op de martelaren die zich geroepen voelden om Jezus na te volgen; en aan aanval op de zondige mensheid, wiens zonden vereisten dat hij deze gruwelijke dood stierf? Zelfs zijn eigen leerlingen interpreteerden het verkeerd, om dezelfde reden waarom degenen die hem kruisigden hem als een bedreiging zagen (9:3), om dezelfde reden waarom wij Bijbelteksten als beangstigend interpreteren (T5.VI.4-9), om dezelfde reden waarom ieder van ons alles verkeerd interpreteert. Wij projecteren onze eigen afwijzing van God op de wereld en denken vervolgens dat de wereld God van ons afneemt. Waarschijnlijk is dat de reden waarom Jezus' leerlingen boos waren: de wereld had het licht van hun leven van hen afgepakt.
(Toelichtingen door Robert Perry)
15. Hier volgen enkele voorbeelden van op-z’n-kop-staand denken in het Nieuwe Testament, hoewel het evangelie dat het verkondigt in werkelijkheid alleen de boodschap van liefde is. Als de apostelen zich niet schuldig hadden gevoeld, zouden ze me nooit uitspraken in de mond hebben kunnen leggen als: ‘Ik ben niet gekomen om vrede te brengen, maar het zwaard.’ Dit is duidelijk het tegenovergestelde van alles wat ik onderwezen heb. En evenmin zouden ze mijn reacties tegenover Judas zo beschreven kunnen hebben als ze deden, als ze mij werkelijk hadden begrepen. Ik zou alleen gezegd kunnen hebben: ‘Verraadt gij de Zoon des mensen met een kus?’ als ik in verraad geloofde. De hele boodschap van de kruisiging was eenvoudig dat ik dat niet deed. De ‘straf’ die ik over Judas zou hebben afgeroepen was een soortgelijke vergissing. Judas was mijn broeder en een Zoon van God, en evenzeer een deel van het Zoonschap als ikzelf. Is het aannemelijk dat ik hem zou veroordelen wanneer ik op het punt stond aan te tonen dat veroordeling onmogelijk is?
Om deze alinea naar waarde te kunnen schatten, is het behulpzaam om haar te verdelen in twee hoofdpunten. Het eerste punt is dat Jezus niet gezegd heeft: 'Ik ben niet gekomen om vrede te brengen, maar het zwaard', en dat hij Judas niet als zijn verrader zag. Hij veroordeelde Judas niet en riep geen straf over hem af. In plaats daarvan zag hij Judas als zijn geliefde broeder, een Zoon van God, evenals hijzelf.
Het tweede punt is dat de apostelen deze bedreigende, bestraffende dingen ten onrechte aan Jezus toeschreven door het projectieproces dat we al besproken hebben.
(Toelichtingen door Robert Perry)
16. Houd in gedachten, wanneer je de leringen van de apostelen leest, dat ik hun zelf gezegd heb dat er veel was dat ze pas later zouden begrijpen, omdat ze er destijds nog niet geheel klaar voor waren mij te volgen. Ik wil niet dat jij toelaat dat er enige angst binnensluipt in het denksysteem waartoe ik je leid. Ik vraag niet om martelaren, maar om leraren. Niemand wordt gestraft voor zijn zonden, en de Zonen van God zijn geen zondaars. Elke notie van straf houdt de projectie in van schuld en versterkt het idee dat anderen beschuldigen gerechtvaardigd is. Het gevolg is een les in beschuldiging, want elk gedrag onderwijst de overtuigingen die het motiveren. De kruisiging was het gevolg van duidelijk tegengestelde denksystemen, het perfecte symbool van de ‘strijd’ tussen het ego en de Zoon van God. Deze strijd lijkt nog net zo werkelijk als toen, en haar lessen dienen nu evengoed geleerd te worden als destijds.
Jezus zegt hier dat de apostelen hem niet volledig begrepen, en dat we daarom goed na moeten denken bij het lezen van hun leringen. Anders dragen we hun angst misschien over op het nieuwe denksysteem dat hij ons leert. Hij vraagt ons niet om martelaar te zijn, maar leraar. Onze schuld laat ons denken dat God wil dat we de kruisiging ondergaan die we verdienen. Doordat we dit vervolgens op anderen te projecteren, zien we die anderen als degenen die ons willen kruisigen. De kruisiging vertegenwoordigt de ontmoeting van deze overtuiging met de volledig tegenovergestelde overtuiging van Jezus. Zijn overtuiging zegt: 'Aangezien mijn werkelijkheid onaantastbaar is, kan ik niet door jou gekruisigd worden. Aangezien mijn werkelijkheid liefde is, is mijn enige natuurlijk reactie het uitbreiden van liefde'. Deze twee denksystemen ontmoetten elkaar in de kruisiging, maar ze ontmoeten elkaar nog steeds elke dag in onszelf. Welk van beide systemen kiezen we?
(Toelichtingen door Robert Perry)
17. Ik heb geen dankbaarheid nodig, maar jij dient je verzwakte vermogen om dankbaar te zijn te ontwikkelen, anders kun je God niet naar waarde schatten. Hij heeft jouw waardering niet nodig, maar jij wel. Wat je niet waardeert kun je niet liefhebben, want angst maakt waardering onmogelijk. Wanneer je bang bent voor wat jij bent waardeer je het niet, en zul je het zodoende afwijzen. Het gevolg daarvan is dat je afwijzing onderwijst.
Jezus heeft onze dankbaarheid — voor zijn kruisiging — niet nodig, maar we moeten het vermogen tot dankbaarheid ontwikkelen, zodat we God naar waarde kunnen schatten. Hij heeft onze waardering niet nodig, maar wij wel. Want als we Hem waarderen, waarderen we tegelijkertijd ons ware Zelf. En we kunnen alleen houden van wat we waarderen. Als we bang zijn voor onszelf — of dat nu onze ego-identiteit (ons zelf) of onze werkelijkheid (ons Zelf) betreft — kunnen we onszelf niet waarderen en liefhebben, en zullen we onszelf afwijzen. En dat is wat we anderen laten zien: 'Het gevolg daarvan is dat je afwijzing onderwijst'.
(Toelichtingen door Robert Perry)
18. De macht van Gods Zonen is voortdurend aanwezig, omdat ze als scheppers werden geschapen. Hun invloed op elkaar kent geen grenzen, en moet voor hun gezamenlijke verlossing worden aangewend. Ieder van hen moet leren onderwijzen dat alle vormen van afwijzing betekenisloos zijn. De afscheiding is het idee van afwijzing. Zolang je dit onderwijst zul je erin geloven. Dit is niet zoals God denkt, en jij moet denken zoals Hij denkt, wil je Hem opnieuw kennen.
Deze alinea vat het thema van deze paragraaf samen: Besteed niet alleen aandacht aan wat je gelooft. Let ook op wat je onderwijst. Als Zoon van God heb je ongelooflijk veel macht, en je invloed op je broeders 'kent geen grenzen'. Als je afwijzing onderwijst, versterk je de afscheiding, zowel voor hen als voor jezelf.
Dit zijn sterke woorden, en ze druisen in tegen de gebruikelijke veronderstelling van de Cursusstudent dat het alleen gaat om wat we zelf geloven, niet om hoe we anderen beïnvloeden.
(Toelichtingen door Robert Perry)
19. Onthoud dat de Heilige Geest de Communicatieschakel is tussen God de Vader en Zijn afgescheiden Zonen. Als jij luistert naar Zijn Stem, weet je dat je niet kunt kwetsen of gekwetst worden, en dat velen jouw zegen nodig hebben om hen te helpen dit voor zichzelf te horen. Wanneer jij alleen deze behoefte in hen waarneemt, en op geen enkele andere reageert, heb je van mij geleerd en zul jij even gedreven zijn als ik om te delen wat je geleerd hebt.
Het is onze taak om naar de Heilige Geest luisteren, en Zijn boodschap van bevrijding te horen. Hij vertelt ons dat we nooit kunnen kwetsen of gekwetst worden. Voor degenen die dit zelf nog niet kunnen horen, is onze zegen de boodschapper die dit bericht van de Heilige Geest aan hen doorgeeft. Bij iedereen die we ontmoeten, zelfs wanneer ze ons lijken aan te vallen, moeten we ons realiseren dat deze boodschap het enige is waar ze behoefte aan hebben. We moeten hen dus op de een of andere manier het gevoel geven dat ze niet kunnen kwetsen en niet gekwetst kunnen worden. Wanneer we dit hebben bereikt, zullen we eindelijk hebben geleerd waar Jezus model voor stond in de kruisiging. Dan zullen we eindelijk in zijn voetsporen treden.
(Toelichtingen door Robert Perry)