Hoofdstuk 30
Het nieuwe begin
VI. De rechtvaardiging voor vergeving
1. Woede is nooit gerechtvaardigd. Aanval heeft geen bestaansgrond. Hier is het dat de uitweg uit de angst begint, en hier ook zal die worden voltooid. Hier wordt de werkelijke wereld in ruil ontvangen voor dromen van verschrikking. Want op deze grond berust vergeving en is ze slechts natuurlijk. Er wordt jou niet gevraagd vergiffenis te schenken waar een aanval terecht is, en gerechtvaardigd zou zijn. Want dat zou betekenen dat je een zonde vergeeft door over het hoofd te zien wat er werkelijk is. Dat is geen vergiffenis. Want dat veronderstelt dat jouw vergiffenis, doordat je op een manier reageert die niet gerechtvaardigd is, het antwoord zal worden op een aanval die plaatsvond. Op die manier is vergiffenis misplaatst, doordat ze wordt verleend waar ze niet terecht is.
Woede is nooit gerechtvaardigd omdat ze zegt dat iemand anders verantwoordelijk is voor onze gevoelens van onvrede. Dat zou een aanval zijn, maar aangezien alleen onze eigen denkgeest verantwoordelijk is voor wat we voelen, is er geen reden voor een aanval.
Deze paragraaf bevat een cruciale uitleg over vergeving zoals Een cursus in wonderen deze ziet. De laatste zinnen van deze alinea beschrijven hoe wij vergeving zien en vertellen ons vervolgens dat dit geen vergeving is, omdat ze uitgaat van het geloof dat woede en aanval wél gerechtvaardigd zijn als iemand ons iets 'aandoet'. Onze opvatting van vergeving gaat daar volledig in mee. Om een goed mens te zijn, zegt ze, moeten we afzien van de behoefte om wraak te nemen, ook al is dit gerechtvaardigd. Deze vorm van vergeving — die de Cursus 'vergeving-ter-vernietiging' noemt (L2.II) — maakt dus eerst zonde werkelijk en ziet deze vervolgens over het hoofd. 'Op die manier is vergiffenis misplaatst', zeg Jezus, want ze is niet terecht.
(Toelichtingen door Robert Perry)
2. Vergiffenis is altijd gerechtvaardigd. Ze heeft een vaste bestaansgrond. Je vergeeft niet het onvergeeflijke, noch zie je voorbij aan een werkelijke aanval die roept om straf. Verlossing wordt niet gevonden wanneer jou wordt gevraagd op een onnatuurlijke manier te reageren, die misplaatst is tegenover wat werkelijk is. Ze vraagt daarentegen slechts dat je op de juiste manier reageert op wat niet werkelijk is, door niet waar te nemen wat zich niet heeft voorgedaan. Als vergiffenis niet gerechtvaardigd was, zou van jou worden gevraagd je rechten op te offeren, wanneer je een aanval met vergiffenis beantwoordt. Maar er wordt jou alleen gevraagd vergeving te zien als de natuurlijke reactie op leed dat op een dwaling berust, en dat dus roept om hulp. Vergeving is de enige zinnige reactie. Ze behoedt je rechten ervoor te worden opgeofferd.
Let op het contrast tussen de eerste twee zinnen in deze en de vorige alinea:
Woede is nooit gerechtvaardigd
Vergiffenis is altijd gerechtvaardigd
Aanval heeft geen bestaansgrond
[Vergiffenis] heeft een vaste bestaansgrond
Woede en vergelding lijken een natuurlijke reactie te zijn op een aanval. Ze lijken bij de daad te passen. Daarom is vergeving zoals de Cursus deze ziet zo moeilijk te begrijpen; ze lijkt niet te passen bij de daad. Maar Jezus zegt dat verlossing zo niet werkt: 'Verlossing wordt niet gevonden wanneer jou wordt gevraagd op een onnatuurlijke manier te reageren, die misplaatst is tegenover wat werkelijk is'. Aha! De reden waarom woede en aanval niet passend zijn, is dat ze een reactie zijn op zonde — en zonde is niet werkelijk. De enige natuurlijke reactie is dus: 'niet waarnemen wat zich niet heeft voorgedaan'.
Toepassing : Deze alinea bevat twee zinnen voor het toepassen van vergeving.
Laten we ze nu gebruiken:
Denk aan iemand die je zou willen aanvallen en zeg:
[Naam] vergeven is de natuurlijke reactie op leed dat op een dwaling berust, en dat dus roept om hulp.
[Naam] vergeven behoedt mi] ervoor dat mijn rechten worden opgeofferd.
(Toelichtingen door Robert Perry)
3. Dit inzicht is de enige verandering die toelaat dat de werkelijke wereld verschijnt om de plaats van de dromen van verschrikking in te nemen. Angst kan niet ontstaan tenzij een aanval gerechtvaardigd is, en als die een werkelijke bestaansgrond had zou vergiffenis er geen hebben. De werkelijke wereld wordt verworven wanneer je inziet dat de basis voor vergeving volkomen werkelijk en ten volle gerechtvaardigd is. Zolang je die als een ongegrond geschenk beschouwt, moet ze de schuld die jij wilt ‘vergeven’, wel instandhouden. Ongerechtvaardigde vergeving komt neer op aanval. En dat is alles wat de wereld ooit kan geven. Ze schenkt wel eens vergiffenis aan ‘zondaren’, maar blijft er zich wel van bewust dat die gezondigd hebben. En daarom verdienen ze de vergeving niet die zij schenkt.
Aanval is nooit gerechtvaardigd en heeft geen bestaansgrond omdat zonde, waar aanval op reageert, niet werkelijk is. Als dat wel zo zou zijn, zou ware vergeving — vergeving-ter-verlossing (L2.III) — geen bestaansgrond hebben. Wanneer we dit begrijpen, beginnen we ook de werkelijke wereld te begrijpen. 'Alles wat de wereld ooit kan geven' is vergeving-ter-vernietiging, dat wil zeggen: een daad die de ander als een zondaar ziet die in feite geen vergeving verdient. Daarom is ze geen verlossing maar een aanval.
(Toelichtingen door Robert Perry)
4. Dit is de valse vergeving die de wereld aanwendt om het gevoel van zonde levend te houden. En terwijl wordt erkend dat God rechtvaardig is, lijkt het onmogelijk dat Zijn vergiffenis werkelijk kan zijn. Zo is de angst voor God het onbetwistbaar resultaat wanneer vergiffenis als onverdiend wordt beschouwd. Niemand die zichzelf als schuldig ziet kan de angst voor God ontlopen. Maar als hij kan vergeven, wordt hem dit dilemma bespaard. De denkgeest kan niet anders aan zijn Schepper denken dan zoals hij zichzelf beschouwt. Als je kunt zien dat jouw broeder vergiffenis verdient, heb je geleerd dat vergeving evenzeer jouw recht is als het zijne. Dan zul je ook niet denken dat God een vreselijk oordeel voor jou in petto heeft dat jouw broeder niet verdient. Want de waarheid is dat jij niet meer en ook niet minder kunt verdienen dan hij.
De valse vergeving die we in de wereld toepassen houdt zonde in stand, en daarmee de angst dat God ons zal straffen. Om aan die straf te ontsnappen hebben we onze schuld op onze broeders geprojecteerd. Wanneer we dat inzien, hebben we geleerd 'dat vergeving evenzeer jouw recht is als het zijne', want we hebben ons niet van God afgescheiden en dus niet gezondigd. Aangezien er dus geen schuld is, kunnen we onze projectie daarvan terugnemen, waarmee we onszelf én onze broeders vergeven.
(Toelichtingen door Robert Perry)
5. Vergeving die als verdiend wordt erkend zal genezend werken. Ze verleent het wonder de kracht aan illusies voorbij te zien. Zo leer je dat ook jij vergeven moet zijn. Er bestaat geen verschijningsvorm waaraan niet kan worden voorbijgezien. Bestond die immers wel, dan zou het noodzakelijk zijn dat er eerst een of andere zonde was die buiten alle vergeving staat. Dan zou er een dwaling bestaan die méér is dan een vergissing, een speciale vorm van dwaling, die onveranderlijk en eeuwig blijft bestaan, oncorrigeerbaar en onontkoombaar. Dan zou er één vergissing bestaan die de macht had de schepping ongedaan te maken, en een wereld te maken die daarvoor in de plaats kon komen en de Wil van God vernietigen. Alleen als dit mogelijk was, zouden er bepaalde verschijningsvormen bestaan die het wonder konden weerstaan en er niet door werden genezen.
Valse vergeving bevat de boodschap van veroordeling, terwijl ware vergeving genezend is. Ware vergeving ziet voorbij elke aanval, in welke vorm deze zich ook voordoet. Eén zonde die niet vergeven kan worden, betekent dat er iets bestaat dat zo werkelijk is dat het niet ongedaan kan worden gemaakt. Het zou de macht hebben om Gods schepping — Zijn Zoon — ongedaan te maken en te vervangen door een wereld die daar het tegenovergestelde van is, een wereld die Gods Wil van volmaakte Liefde zou vernietigen. Geloven we dat dit mogelijk is? Geloven we dat we de macht hebben om de Wil van God te vernietigen?
(Toelichtingen door Robert Perry)
6. Er is geen zekerder bewijs dat afgoderij iets is wat jij wenst dan de overtuiging dat er bepaalde vormen van ziekte en vreugdeloosheid bestaan die niet door vergeving kunnen worden genezen. Dit betekent dat jij er de voorkeur aan geeft enkele afgoden te behouden en voorlopig niet bereid bent alle afgoden los te laten. En dus denk jij dat bepaalde verschijningsvormen werkelijk zijn, en bepaald geen schijnvormen. Laat je niet misleiden omtrent de betekenis van de starre overtuiging dat het moeilijker is aan sommige verschijningsvormen voorbij te zien dan aan andere. Het betekent steeds dat jij denkt dat vergeving alleen maar beperkt kan zijn. En zo heb je voor jezelf het doel gesteld van een gedeeltelijke vergiffenis en een beperkte uitweg uit schuld. Wat kan dit anders dan valse vergeving zijn voor jezelf, en voor ieder die ogenschijnlijk los van jou staat?
Jezus keert terug naar het thema afgoderij. Als we denken dat 'bepaalde vormen van ziekte en vreugdeloosheid' niet kunnen genezen door vergeving, komt dit niet doordat de vormen zelf 'ernstiger' zijn, maar doordat wij geloven dat ze onvergeeflijk zijn. Zolang we zonde als werkelijk zien en vergeving als onverdiend over het hoofd zien daarvan, zullen we geloven dat sommige situaties of mensen onmogelijk vergeven kunnen worden. In feite betekent dit dat we nog niet bereid zijn om alle afgoden los te laten en kiezen we voor beperkte vergeving. 'En zo heb je voor jezelf het doel gesteld van een gedeeltelijke vergiffenis en een beperkte uitweg uit schuld'. Hoe meer we echter gaan begrijpen dat alles in de wereld een illusie is, en dat er geen rangorde is in illusies, zullen we ook gaan begrijpen dat er evenmin een rangorde kan zijn in vergeven en genezen, oftewel in wonderen (T1.I.1:1.).
(Toelichtingen door Robert Perry)
7. Het moet wel waar zijn dat het wonder alle vormen van ziekte kan genezen, anders zou het helemaal niet kunnen genezen. Het kan zijn doel niet zijn te beoordelen welke vormen werkelijk zijn en welke verschijningsvormen waar. Als één verschijningsvorm gescheiden moet blijven van genezing, dan moet één illusie deel uitmaken van de waarheid. En dan zou jij niet aan alle schuld kunnen ontsnappen, maar slechts aan een gedeelte ervan. Je dient Gods Zoon volledig te vergeven. Anders zul je een zelfbeeld houden dat niet heel is en bang blijven om naar binnen te kijken en daar de ontsnapping aan iedere afgod te vinden. Verlossing berust op het vertrouwen dat er geen bepaalde vormen van schuld kunnen zijn die jij niet vergeven kunt. En dus kunnen er geen verschijningsvormen zijn die de plaats hebben ingenomen van de waarheid omtrent Gods Zoon.
Alle verschijningsvormen zijn illusoir omdat ze voortkomen uit één illusie: het geloof in afscheiding. Dit betekent dat alle vormen van schuld vergeven kunnen worden, alle vergissingen gecorrigeerd kunnen worden, en alle vormen van ziekte kunnen worden genezen. Deze compleetheid geeft het wonder de macht om totaal te genezen. Als het onderscheid zou maken tussen grote en kleine problemen, zou het 't grootste probleem, onze schuld, niet ongedaan kunnen maken. Dan zouden er 'verschijningsvormen zijn die de plaats hebben ingenomen van de waarheid omtrent Gods Zoon', en dat is onmogelijk. Illusies hebben geen macht over de waarheid.
(Toelichtingen door Robert Perry)
8. Kijk naar jouw broeder met de bereidheid hem te zien zoals hij is. En sluit geen enkel deel van hem buiten jouw bereidheid dat hij wordt genezen. Genezen is heel maken. En wat heel is, kan geen ontbrekende delen hebben die erbuiten werden gehouden. Vergeving berust op dit inzicht en op het blije weten dat er geen bepaalde vormen van ziekte kunnen zijn die het wonder bij gebrek aan kracht niet kan genezen.
Als we werkelijk bereid zijn onze broeder te genezen, kunnen we geen enkel deel van hem uitsluiten en zeggen: 'maar dit niet. Deze karaktertrek of dat gedrag is onvergeeflijk en kan niet genezen worden'. 'Genezen is heel maken', en als we iets uitsluiten kan hij niet heel zijn.
(Toelichtingen door Robert Perry)
9. Gods Zoon is volmaakt, anders kan hij Gods Zoon niet zijn. Evenmin zul je hem kennen als je denkt dat hij het niet verdient aan schuld in al haar gevolgen en vormen te ontsnappen. Als je de waarheid over jezelf wilt weten, is er geen andere manier om over hem te denken dan deze:
Ik dank U, Vader, voor Uw volmaakte Zoon,
en in zijn heerlijkheid zal ik de mijne zien.
Dit is de vreugdevolle vaststelling dat er geen vormen van kwaad bestaan die de Wil van God kunnen overwinnen; de blije erkenning dat schuld er niet in is geslaagd aan de hand van jouw wens illusies tot werkelijkheid te maken. En wat is dit anders dan de eenvoudige vaststelling van de waarheid?
Zoals we onze broeder zien, zien we onszelf. Hij is volmaakt omdat wij dat zijn, en hij verdient aan schuld te ontsnappen omdat wij dat verdienen. In plaats van onze onjuiste waarneming van onze broeders te ontkennen, kunnen we hen zien als een spiegel waarin we zien wat we in onszelf ontkennen. Illusies hebben geen macht over de waarheid en er is nooit een afscheiding geweest die de Eenheid van de Hemel heeft verbroken.
(Toelichtingen door Robert Perry)
10. Bezie jouw broeder met deze hoop in je, en je zult begrijpen dat hij geen vergissing kan begaan die de waarheid in hem kan veranderen. Het is niet moeilijk aan vergissingen voorbij te zien die geen gevolgen hebben gekregen. Maar je zult geen vergiffenis schenken aan wat in jouw ogen de macht heeft van Gods Zoon een afgod te maken. Want die is voor jou een gesneden beeld en een teken des doods geworden. Is dit jouw verlosser? Vergist zijn Vader Zich in Zijn Zoon? Of heb jij je vergist in hem die jou ter genezing werd gegeven, voor jouw verlossing en bevrijding?
We kunnen onze broeder op twee manieren zien: we kunnen in hem zijn waarheid zien als Gods Zoon, wat in feite onze eigen waarheid is, of we kunnen hem zien als een afgod die ons leven beter moet maken maar daarin tekortschiet. Wanneer we inzien dat de tweede versie de ego-vervanging is van het Zelf dat we met iedereen delen, zijn zowel onze broeder als wijzelf vergeven en genezen. Daarmee is onze broeder onze verlosser geworden, want God kan zich niet vergissen. Alleen wij vergisten ons, een vergissing die we door vergeving hebben gecorrigeerd.
(Toelichtingen door Robert Perry)