26. Kan God rechtstreeks worden bereikt?

1. God kan inderdaad rechtstreeks worden bereikt, want er is geen afstand tussen Hem en Zijn Zoon. Het bewustzijn van Hem ligt in ieders herinnering en Zijn Woord staat geschreven in ieders hart. Maar dit bewustzijn en deze herinnering kunnen alleen daar boven de drempel van herkenning opkomen waar alle barrières tegen de waarheid zijn geslecht. Bij hoevelen is dit het geval? Hierin ligt dan ook de rol van Gods leraren. Ook zij hebben vooralsnog niet het nodige inzicht verworven, maar ze hebben zich wel met anderen verbonden. Dat onderscheidt hen van de wereld. En dat stelt anderen in staat de wereld samen met hen te verlaten. Alléén zijn ze niets. Maar in hun verbinding bevindt zich de macht van God.

 

2. Er zijn er die God rechtstreeks hebben bereikt, doordat ze aan niet de geringste wereldse beperking vasthielden en zich hun eigen Identiteit volmaakt herinnerden. Deze zouden de Leraren der leraren kunnen worden genoemd, want ook al zijn ze niet langer zichtbaar, op hun beeld kan nog altijd een beroep worden gedaan. En ze zullen verschijnen waar en wanneer het behulpzaam is. Aan hen voor wie zulke verschijningen beangstigend zouden zijn, geven zij hun ideeën. Niemand kan tevergeefs een beroep op hen doen. Ook is er niemand van wie zij zich niet bewust zijn. Alle noden zijn hun bekend en alle vergissingen worden door hen gezien en genegeerd. De tijd zal komen dat dit wordt begrepen. En intussen geven ze al hun gaven aan de leraren van God die zich tot hen wenden voor hulp en alles vragen in hun naam en in geen enkele andere.

 

3. Soms kan een leraar van God een korte ervaring hebben van rechtstreekse vereniging met God. In deze wereld is het bijna onmogelijk dat dit van blijvende aard is. Het kan, misschien, na veel inzet en toewijding worden verkregen en dan een groot deel van de aardse tijd in stand worden gehouden. Maar dit komt zo zelden voor dat het niet als een realistisch doel kan worden beschouwd. Als het gebeurt, laat het zo zijn. Als het niet gebeurt, laat het eveneens zo zijn. Elke wereldse toestand moet wel illusoir zijn. Als God in een aanhoudende bewustzijnstoestand rechtstreeks werd bereikt, zou het lichaam niet lang in stand kunnen worden gehouden. Zij die het lichaam hebben afgelegd eenvoudig om hun behulpzaamheid uit te breiden tot hen die achterblijven, zijn inderdaad gering in aantal. En zij hebben helpers nodig die nog in slavernij en in slaap verkeren, zodat door hun ontwaken Gods Stem kan worden gehoord.

 

4. Wanhoop dus niet vanwege beperkingen. Het is jouw functie om aan ze te ontkomen, maar niet om zonder ze te zijn. Wil je gehoord worden door hen die lijden, dan moet je hun taal spreken. Wil je een verlosser zijn, dan moet je begrijpen waaraan men ontsnappen moet. Verlossing is niet iets theoretisch. Zie het probleem, vraag om het antwoord en aanvaard dat als het komt.7 En dat zal niet lang op zich laten wachten. Alle hulp die je kunt aanvaarden zal geboden worden en je hebt niet één behoefte die niet zal worden vervuld. Laten we ons dan niet te veel bekommeren om doelen waarvoor je nog niet klaar bent. God neemt je waar je bent en heet jou welkom. Wat zou je meer kunnen wensen, wanneer dit alles is wat jij nodig hebt?